".'Mir
I TJJ
-2-
7. brief van het dagelijks bestuur van het Woonwagenschap Westelijk-Noord
Brabant van 20 maart 1981 houdende de mededeling dat gedeputeerde staten
van Noord-Brabant goedkeuring hebben verleend aan de 7e en 8e wijziging
van de begroting 1980;
8. brief van het dagelijks bestuur van het streekgewest Westelijk Noord-
Brabant van 25 maart 1981 houdende de mededeling dat de gewestraad de 5e
wijziging van de gewestelijke begroting voor het dienstjaar 1980 en de le
wijziging van de gewestelijke begroting voor 1981 heeft vastgesteld;
9. brief van het dagelijks bestuur van het Streekarchivariaat Nassau-Brabant
van 24 februari 1981 omtrent de stichting van een centraal depot/streek
historisch instituut;
10.idem van 16 maart 1981 waarbij de ontwerp-(slot)wijziging van de begroting
voor het dienstjaar 1980 van het Streekarchivariaat Nassau-Brabant wordt
voorgelegd
11.brief ven de directeur van het Nationaal Orgaan Gehandicaptenbeleid van 12
maart 1981 over voorzieningen voor gehandicapten in het kader van de werk
gelegenheid
12.brief van Elektrum te Arnhem d.d. 16 februari 1981 houdende informatie om
trent het expositie-/informatiecentrum over de energievoorziening.
De heer Tuinman zegt namens de fractie van de P.v.d.A. dat bij de stukken die
ter inzage lagen en die zijn fractie heeft ingezien op donderdagmiddag 9
april j 1ook was de mededeling van gedeputeerde staten dat tegen het besluit
tot 3e wijziging van de begroting 1981 van de algemene dienst (Beplantingsplan
Helwijk o.a.) geen bezwaar bestaat.
Ook was er een brief van het dagelijks bestuur van het Woonwagenschap Westelijk
Noord-Brabant met de mededeling dat gedeputeerde staten goedkeuring hebben ver
leend aan de 10e en 11e wijziging van de begroting 1980.
Beide mededelingen komen echter niet voor op de door het college voorgestelde
en voor kennisgeving aan te nemen lijst van ingekomen stukken.
De fractie van de P.v.d.A. neemt aan dat er geen overwegende bezwaren zijn om
ook die stukken voor kennisgeving aan te nemen en zij stelt dan ook voor om
voornoemde brieven aan de lijst van ingekomen stukken toe te voegen.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden de ingekomen
stukken, inclusief de door de fractie van de P.v.d.A. genoemde stukken, voor
kennisgeving aangenomen.
Instellen van een verkeersmaatregel voor het pad langs de Singel en het pad
Ds. Bchoutenlaan/Ds Sanderslaan-Hogeweg.
De heer Manneke deelt mede dat de fractie van de V.V.D. zich in principe kan
vinden in het voorstel van het college. Daarenboven wordt in overweging gegeven
te bezien of het mogelijk is het fietspad dat nu evenwijdig aan het Steenpad
loopt met een bruggetje ter hoogte van de Abraham Andrieslaan te verbinden
met het fietspad dat richting Abraham Andrieslaan gaat opdat fietsers op
deze wijze het plan Noordlangeweg in en uit kunnen rijden.
De heer Tuinman zegt namens de fractie van de P.v.d.A. het volgende:
"uw constatering dat over de paden Ds. Schoutenlaan/Ds.Sanderslaan-Hogeweg
en Singel door bromfietsers en fietsers gereden wordt, is een juiste consta
tering. Uw opmerking dat de paden primair bedoeld zijn voor voetgangers is
ook correct. Tevens is het juist dat de rijkspolitie, formeel gezien, geen be
voegdheid heeft terzake te verbaliseren.
Toch gaat mijn fractie niet geheel accoord met uw voorstel en wel hierom:
wij hebben als uitgangspunt voor het langzaam verkeer altijd gehanteerd dat
routes voor fietsers en voetgangers moeten voldoen aan specifieke eigenschappen
van deze weggebruikers, zoals kwetsbaarheid en gevoeligheid voor oponthoud.
De P.v.d.A-fractie is natuurlijk verheugd als het beleid van burgemeester
-wethouders-