-3-
Verlenen van medewerking ex artikel 72 van de Lager-onderwijswet 1920 aan het be
stuur van de school De Ruigenhil.
De heer van den Enden zegt eerst geschrokken te zijn omdat weer gesproken werd
van grint op het dak. Juist de aanwezigheid van grint op het teer-vilt is er de
oorzaak van dat in het dak op een groot aantal plaatsen lekken zijn ontstaan. De
heer van den Enden heeft echter begrepen dat het de bedoeling is dat de isolatie
platen op het teer-vilt komen en bovenop de platen komt dan grint. Het grint komt
dus niet in aanraking met het mastiek. Dit verandert de zaak ten goede.
De heer van den Hil merkt namens de fractie van de V.V.D. op dat het zwakste punt
jrint van daken die met bitumen_afgedekt worden is dat deze daken niet beloopbaar zijn.
In de loop der jaren ontstaan daardoor lekkages. Het belopen van het schooldak is
noodzakelijk in verband met het schoonmaken van de ramen. Wanneer er geen bijzon
dere maatregelen genomen worden bestaat de kans dat er in de toekomst weer lek
kages ontstaan. In een bekend landelijk ochtendblad van afgelopen zaterdag heeft
de heer van den Hil gelezen dat er een nieuw middel is om dakvernieuwing toe te
passen. Met speciale apparatuur wordt een twee-componentenschuim op het dak ge
spoten» Hierdoor ontstaat een soort p.w.r.-schuim, van vier centimeter dik dat
goed beloopbaar en waterafstotend is. Dit schuim hecht ook op oude dakbedekking
enz. Wellicht is nader informatie omtrent dit middel een telefoontje waard.
De voorzitter had het technische verhaal van de heer van den Enden niet kunnen
verbeteren.
Ten aanzien van de heer van den Hil zegt de voorzitter dat platte daken nogal eens
problemen geven. Gevraagd wordt aan de heer van den Hil het krante-artikel na af
loop van de vergadering aan het hoofd van de afdeling openbare werken te geven,
zodat laatstgenoemde nader kan informeren.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders besloten medewerking te verlenen ex
artikel 72 van de Lager-onderwijswet 1920 aan het bestuur van de Vereniging voor
Protestants Christelijk Basisonderwijs te Helwijk voor herstel van het dak van
het schoolgebouw De Ruigenhil.
Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.
De heer Tuinman deelt mede dat de fractie van de P.v.d.A. ook graag wil medewer
ken aan de voorbereiding van een nieuw bestemmingsplan dat onder andere de bouw
van een nieuwe basisschool mogelijk zal maken. De bij het voorstel gevoegde en
door zijn fractie bestudeerde tekeningen geven de fractie van de P.v.d.A. aan
leiding tot het stellen van de vraag of het college in onderhandeling is met om
wonenden omtrent de voor die school benodigde grond, en zo ja hoe die onderhande
lingen verlopen. De fractie van de P.v.d.A. kan zich vinden in de opvatting van
het college dat een nieuw bestemmingsplan dient te worden voorbereid voor het to
tale gebied waarvoor nu nog een aantal uitbreidingsplannen ingevolge de Woningwet
1901 geldt. Overigens wordt opgemerkt dat de concrete invulling van zo'n bestem
mingsplan in hoge mate afhangt en samenhangt met de nog op te lossen problematiek
in aangrenzende gebieden.
De heer Manneke zegt dat de fractie van V.V.D. zich kan vinden in het voorstel
van het college. Gevraagd wordt of er nog andere delen zijn van het grondgebied
der gemeente waarvoor een voorbereidingsbesluit genomen moet worden, dan wel een
bestemmingsplan gewijzigd moet worden. De fractie van de V.V.D. denkt dat na dit
voorbereidingsbesluit voor het totale grondgebied der gemeente een nieuw bestem
mingsplan geldt of in voorbereiding is.
De voorzitter antwoordt dat het college in onderhandeling is met de omwonenden
over het verkrijgen van grond ten behoeve van de nieuwe basisschool. De voorbe
reiding van de school is qua grondoppervlakte geen eenvoudige zaak.
De minister van Onderwijs en Wetenschappen heeft bepaald dat de in 1973 ge
bouwde lokalen moeten worden gehandhaafd. Op zichzelf is dit een redelijke eis,
vanwege het feit dat wanneer deze lokalen ook gesloopt worden er sprake is van
kapitaalvernietiging. Aan de zijde van de Singel wordt het terrein begrensd door
-de-
