I -13- Voorts is een concentratie van horecabedrijven zeker niet gunstig. Het college heeft ook al gesteld dat er zeker slechte voorbeelden te noemen zijn ten aan zien van concentratie van horecabedrijven. Neem Roosendaal en Breda nu maar. Het is bekend dat Willemstad niet met Roosendaal en Breda kan en mag worden vergeleken. Maar het gevaar zit er dik in dat het er in de toekomst op gaat lijken, al zou het maar een fractie van de problemen daar zijn. Nu Willemstad in een beginstadium verkeert is het zeker de plicht van de C.D.A.-fractie hier op te wijzen. Wanneer verplaatsing wordt toegestaan is het niet uitgesloten dat binnen niet al te lange tijd nog meer bedrijven aanvragen gaan doen om verplaatsing naar de Benedenkade. Dus nog een verdere concentratie met alle nare gevolgen van dien. Daarom lijkt de fractie van het C.D.A- de huidige situering van horeca bedrijven op dit moment de beste. De fractie is met burgemeester en wethouders van mening dat afwijzend op het verzoek moet worden beschikt. De heer Manneke deelt mede dat de fractie van de V.V.D. zich ook over het voor liggende voorstel heeft gebogen. Vastgesteld moet worden dat een aantal over wegingen aan de aandacht van het college zijn ontsnapt, dan wel vergeten zijn. Tot die conclusie wordt gekomen als het voorstel is bestudeerd. In het verle den zijn herhaalde malen bezwaren van de bewoners van de Voorstraat en omgeving naar voren gekomen waaruit is gebleken dat met name in de weekenden en op de feestdagen duidelijk overlast aanwezig is op de Voorstraat, welke wordt ver oorzaakt, zeker ten dele, door de aanwezigheid van het horecabedrijf The Sailor. Het college heeft de moeite genomen om hier zelfs een aantal hoorzit tingen over te houden. Daar is steeds hoopvol een aantal inwoners naar toe gekomen om daar eigenlijk steeds te horen dat er toch niet véél aan-gedaan kon worden. Die inwoners zijn dan ook steeds teleurgesteld naar huis gegaan en zitten nu waarschijnlijk mokkend de weekenden af te wachten opdat er toch niets gebeurt. De verplaatsing van het horecabedrijf The Sailor naar de Beneden- kade zal zeker de overlast in de Voorstraat reduceren. In ieder geval zal de overlast daar niet toenemen. Bij het argument van concentratie dringt zich misschien een vergelijking met Breda op, maar de heer Manneke gelooft dat Willemstad niet met Breda vergeleken kan worden. Er zijn wel degelijk voorbeel den aanwezig, met name in plaatsjes waar de watersport druk beoefend wordt, waar juist de concentratie van horecabedrijven een goede uitwerking heeft. Als voorbeeld wordt Muiden genoemd waar het zeker zo druk is als in Willemstad. Er zijn nog andere plaatsen waar hetzelfde is gebeurd en tot volle tevredenheid. Willemstad is niet vergelijkbaar met een enkele plaats in Breda, waar dan regelmatig narigheid ontstaat. Ook in Breda zijn er stadsdelen waar concen tratie van horecabedrijven plaatsvindt en waar de jeugd zich volop kan vermaken De verbouwing van de pakhuizen aan de Benedenkade tot woonhuizen zoals aan vankelijk in de bedoeling lag is gezien de ineenstorting van de particuliere woningmarkt in de toekomst zeer zeker niet te verwachten. Dat zal dan inhouden dat de pakhuizen nog veel langer leeg zullen staan met de kans op algehele instorting. Dan als dat eenmaal gebeurd zal zijn, zal restauratie van derge lijke pakhuizen economisch helemaal niet meer verantwoord blijken en zal er in de bebouwing een groot gat ontstaan en dan blijft de vraag wat er moet ge beuren. De fractie van de V.V.D. is ook van mening dat de restauratie van deze voor Willemstad unieke monumenten van groot belang moet worden geacht en het aanzien van de haven aanzienlijk zal verbeteren. De fractie was dan ook ge heel accoord met de verbouwing van de pakhuizen tot zes wooneenheden. Gezien de gewijzigde omstandigheden heeft de fractie van de V.V.D. er begrip voor dat er nu naarstig gezocht wordt naar een andere bestemming. Misschien doet zich nu wel een unieke gelegenheid voor om twee vliegen in één klap te vangen, na melijk verplaatsing van The Sailor en restauratie van de pakhuizen. Daarenboven wordt vermoed dat een andere bestemming voor deze pakhuizen niet te vinden zal zijn. Vandaar dat de fractie van de V.V.D. dan ook meent dat wel degelijk moet worden ingegaan op het door de heer van Bellen ingediende verzoek tot wijzi ging van het bestemmingsplan zoals het college dat omschreven heeft in het voorstel. Opgemerkt wordt hierbij dat de fractie overweegt in tweede termijn -een-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1980 | | pagina 91