Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeen
komstig het voorsrel van burgemeester en wethouders de vergoedingsregeling
vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer per 1 juli 1980 vastgesteld.
Aanvraag ex artikel 72 van de Lager-onderwijswet 1920 ten behoeve van de
school De Ruigenhil.
De heer Voogt merkt op dat in het bij de raadsstukken gevoegde politierap
port melding wordt gemaakt van het feit dat de school verzekerd is tegen de
vermelde schade. Als dit zo is, begrijpt de fractie van de P.v.d.A. niet
dat een verzoek om medewerking ex artikel 72 van de Lager-onderwijswet 1920
tot het gemeentebestuur wordt gericht.
De voorzitter antwoordt dat het vermelde in het politierapport onjuist is.
Voor dergelijke schade is een schoolbestuur niet verzekerd, maar worden de
herstelkosten ervan op grond van de Lager-onderwijswet 1920 vergoed.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeen
komstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten ten behoeve van
het bestuur van de Vereniging voor Protestants Christelijk Basisonderwijs te
Helwijk medewerking te verlenen ex artikel 72 van de Lager-onderwijswet 1920
voor het herstel van aangerichte schade aan dak, plantenbak en bel van het
schoolgebouw Prinses Chrxstinastraat 19.
Verkoop pand Achterstraat 8.
De heer Versteeg deelt mede dat de fractie van het C.D.A. in de vergadering
van 8 juli 1980 al heeft voorgesteld de mogelijkheid van inschrijving te ver
ruimen. Derhalve heeft de fractie van het C.D.A. zeker nu geen moeite met het
voorstel. Het wordt jammer gevonden dat de inschrijving in eerste instantie
niet voor iedereen open stond.
De heer de Visser zegt dat krachtens het raadsbesluit van 8 juli 1980 de in
schrijvers zich bij de inschrijving moeten verbinden ofwel te renoveren of
wel na sloping aangepast te herbouwen. Er worden termijnen gesteld voor wat
betreft indiening van het bouwplan en begin van de renovatie c.q. herbouw.1
Wat gebeurt er als aan deze voorwaarde niet voldaan kan worden? Komt het pand
dan terug aan de gemeente? Blijft het eigendom van de koper? Of blijft het
pand gewoon maar staan?
De heer van den Hil memoreert dat er naar aanleiding van het raadsbesluit
van 8 juli 1980 slechts één inschrijver was. Gevraagd wordt of het bedrag van
de inschrijving echt zo ver beneden de verwachte opbrengst lag.
Wanneer het geboden bedrag vrij dicht bij de verwachte opbrengst ligt, is het
wellicht zinvol nog een gesprek met die inschrijver te houden.
Nü moeten er weer kosten gemaakt worden voor adverten tie sWMI en het; is ge
zien de huidige woningmarkt toch niet zo dat een hoge prijs verwacht mag
worden
De voorzitter stelt dat het uitgangspunt hetwelk het college indertijd ge
hanteerd heeft is: dat nadrukkelijk voorkeur werd gegeven aan een ingezetene
van Willemstad of iemand die sociaal of economisch aan Willemstad gebonden
is, toch een goed uitgangspunt was.
Als op deze wijze de woning met grond verkocht had kunnen worden waren alle
partijen verheugd geweest. Achteraf blijkt dat een dergelijke verkoop niet
gelukt is. Dat is jammer. Wat indertijd besloten is, was beleidsmatig juist.
Als do voorwaarden van de verkoopovereenkomst niet nagekomen worden kan de
overeenkomst ontbonden wordenDaarna zal de zaak opnieuw aan de raad worden
voorgelegd
Het na de eerste inschrijving geboden bedrag was aanzienlijk lager dan het
bedrag waarop het college gerekend had.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeen
komstig het voorstel van burgemeester 'én1 wethouders besloten te bepalen, dat
burgemeester en wethouders de in artikel 171 van de gemeentewet bedoelde
taak van de raad onder bepaalde voorwaarden uitoefenen voor wat betreft de
-verkoop-