i«a lx';' i-k.:., vs.: Ten tony co' >.or$fJii a eg Tj'-.-y, aaien 9.r o\3h?-%§ bt 'XO j n '.rno,.; ,<i.n .rv:-i..aj; inyort ifcxii -9- In het rapport van de werkgroep en het memorandum van gedeputeerde staten wordt én de gemeentelijke én de provinciale herindeling aan de orde gesteld. Hij is dan ook van mening dat het college meer over de provinciale herindeling had moeten zeggen. Het resumé zegt alleen "dat er nauwelijks een oordeel gevormd kan worden over de provinciale herindeling zolang niet bekend is welke taken aan de onderscheiden bestuurslagen worden toebedeeld". Alsof alleen de taken van belang zijn! Er is veel meer. Er had bijvoorbeeld kunnen staan dat de raad zich af vraagt of een decentralisatie van rijkstaken noodzakelijk samen moet gaan met een wijziging van de provinciale en een grootscheepse herin deling van gemeenten. Dat de raad geschrokken is van de hiermede ge paard gaande (voorlopig bekende kosten en daartegen ook bezwaar heeft en niet alleen in verband met de voorgenomen bezuinigingsmaatregelen, maar ook vanwege de blijvende kosten in de toekomst. De heer van den Enden gelooft dat provinciale staten meer heeft aan zulke meningen dan aan de mededeling dat de tijd te kort was een diep gaande studie te maken. Die diepgaande studie zal er zijns inziens niet komen. De heer de Visser zegt met betrekking tot het voorstel over de reorga nisatie van het binnenlands bestuur het volgende: "De fraktie van de Partij van de Arbeid kan zich vinden in de overweging en die hebben geleid tot uw conclusies. Met betrekking tot punt b op blz. 2 .voelt onze fraktie meer voor een tweedeling. Een standpunt dat vooral1Singegeven door het argunent van decentralisatie. Er is wel een duidelijk "mits". Er moet namelijk een duidelijke oplossing gegeven worden voor het regionale bestuur. Komt die er niet, dan is de discussie weer volledig open. Andere voorwaarden zijn: 1. decentralisatie van rijkstaken; 2. het democratisch gehalte var. het bestuur; 3. het verkrijgen van een globaal inzicht in de taken en bevoegdheden van de verschillende niveaus; 4. er moet duidelijkheid komen hoe de fasering en aanpak van de reorga nisatie geschieden. De door de Minister voorgestelde driedeling lijkt ons minder aanvaard baar, omdat de zeer ongunstige, sliertvormige omvang ruimtelijk, sociaal- economisch en sociaal-cultureel weinig of geen samenhang bestaat. Overigens mogen wij u erop wijzen dat Noord-Brabant zelf vanuit zijn inzichten in de samenlevingsverbanden heeft gekozen voor twee streekplan- gebieden: West-Brabant en Midden-Zuidoost-Brabant. Midden- en Noordoost-Brabant worden nergens als een samenhangend gebied ervaren. Het bestuur moet overzichtelijker en opener. Tweedeling lijkt ons de beste mogelijkheden te bieden om het dichter bij de mensen te brengen. Met deze opmerkingen willen we overigens geen bezwaar maken tegen de door u voorgestelde reactie." De voorzitter heeft bij alle sprekers gevoeld hoe moeilijk de materie ligt. De baan waarlangs de verschillende gedachten lopen is moeilijk te traceren. Het verzoek om subsidie voor Brabant Eén, het streven naar decentralisatie van overheidstaken zijn onderwerpen die niet eenvoudig nuchter, zakelijk, objectief en afstandelijk te beoordelen zijn. Bij verschillende sprekers was er toch een emotionele baan. De heren Tuinman en Manneke zijn daar beiden exponenten van. Beiden hebben aangegeven hoe moeilijk het is objectief en zonder emoties over de voorliggende zaken te spreken. De fractie van het C.D.A. is buitengewoon bezorgd over de op gang zijn de ontwikkelingen. Er is gewezen op de verschillende voorstellen van de ministers van binnenlandse zaken; eerst 24 provincies, momenteel weer 17. Boze tongen beweren dat de volgende minister van Binnelandse zaken met voorstellen zal komen voor 11 provincies. Een groot winstpunt is dat er in Nederland toch wel intens over de bes tuurlijke reorganisatie gesproken wordt. -De fractie van het-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1979 | | pagina 31