I
J Oi-T.-vi-'f ,.rj u-V Lr' v.?
'.!10 ;C ">b j.-'g iOSj-r'V; ;i i
$j( Uyi'
,o an ,?r» ■■■'-' i
t> b
-7-
De heer Manneke kan zich aansluiten bij de vorige sprekers het voorberei
dingsbestuit uit te breiden tot Helwijk.
De raad heeft over de uitbreiding van Willemstad onlangs een motie aange
nomen en deze ter kennis gebracht van gedeputeerde staten. De stedebouw-
kundige heeft voor een uitbreiding aldaar zoveel positieve punten aangegeven,
dat alleen die locatie ervoor in aanmerking komt.
Er moet van gedeputeerde staten zelf binnen afzienbare tijd een principe
uitspraak gevraagd worden. Momenteel is er slechts een rapport van de Pro
vinciale Planologische Commissieeen adviescommissie van gedeputeerde sta
ten.
De voorzitter zegt dat het college graag het voorstel overneemt om het voor-
bereidingsbesluit te doen gelden tot aan Helwijk. Hoe staat het nu met het
bestemmingsplan Elim?
Naar aanleiding van het rapport van de Provinciale Planologische Commissie
over de locatie van de toekomstige uitbreiding hebben burgemeester en wet
houders op de provinciale griffie een gesprek gehad met ambtenaren van de
Provinciale Planologische Dienst. Daarna is er een uitvoerig schrijven ge
richt aan de Provinciale Planologische Commissie en is er verzocht om een
gesprek. Dit gesprek is op vrij korte termijn toegezegd. Als na dit gesprek
de standpunten niet nader tot elkaar zijn gekomen zal er een bespreking moe
ten komen met het college van gedeputeerde staten.
Het laatstgenoemd college zal nimmer een uitspraak doen dan nadat de Commis
sie is gehoord. Verwacht wordt dat het gesprek met de Commissie in maart zal
plaatsvinden
De heer Manneke adviseert de stedebouwkundige bij het gesprek te betrekken.
De heer van der Sluijs merkt op dat de stedebouwkundige dan niet van het ene
op het andere moment mag omzwaaien, zoals in het verleden eens een keer is
geschied! In afwijking van het voorstel van het college wordt zonder verdere
beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming besloten:
I. te verklaren, dat een bestemmingsplan wordt voorbereid voor het gebied
ten zuiden van de Noordlangeweg en ten westen van het Steenpad, zoals is
aangegeven op de bij het besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte
situatietekening;
II. te bepalen, dat het verboden is binnen het onder I genoemde gebied zon
der of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en
wethouders bepaalde werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit
te voeren, te doen of te laten uitvoeren;
III. te bepalen, dat dit besluit in werking treedt op 22 februari 1979.
Herziening streekplan West-Brabant.
Voor de fractie van de P.v.d.A. zegt de heer de Visser het volgende:
"In het algemeen kunnen wij wel instemmen met de door u voorgestelde reactie.
Onze fraktie ziet er geen bezwaar in Willemstad in te delen in een hogere
groeiklasse dan groeiklasse 2. We willen nog wel een opmerking maken met be
trekking tot de recreatie. Als concentratiepunt voor de waterrecreatie van
eerste orde is o.a. de jachthaven van Willemstad aangegeven (zie blz. 136,
ruimtelijke hoofdstructuur). Hebben wij goed begrepen dat ook Willemstad in
aanmerking blijft komen voor het uitbouwen van recreatieve voorzieningen
(waaronder jachthavens), ten einde enige spreiding van de water- en oeverre
creatie te bewerkstelligen? In dat verband mogen wij u in herinnering brengen
dat de P.v.d.A. op het standpunt staat dat weliswaar ingespeeld zal moeten
worden op ontwikkelingen, maar dat anderzijds het karakter van Willemstad
zoveel mogelijk behouden dient te blijven. Meer dan gewone zorgvuldigheid
is geboden om leefbaarheid en sociaal klimaat te behouden."
De voorzitter deelt mede dat het college een indeling in een hogere groei
klasse van belang acht. Dit met name om de leefbaarheid op peil te houden.
Het in stand houden van de Vesting vergt zoveel dat er een goed draagvlak
moet zijn om te voorkomen dat de Vesting verloedert. Een aanwijzing tot re-
creatiepunt van eerste orde betekent zeer zeker niet dat er plannen zouden
bestaan om de jachthaven uit te breiden of een nieuwe haven aan te leggen.
-Wanneer het-
