procedure omgekeerd is gevolgd. Eerst is advies gevraagd aan de inspecteur van het kleuteronderwijsdaarna is medewerking gevraagd van het college. De voorzitter zegt dat het schoolbestuur een algemene vraag aan de inspec teur heeft voorgelegd. De inspecteur heeft die vraag beantwoord. Op zich is daar niets op tegen. Hierna had het schoolbestuur dan een definitieve aan vraag om medewerking aan het college van burgemeester en wethouders moeten voorleggen. Het had daarna dan advies gevraagd aan de inspecteur van het kleuteronderwi j s De heer de Visser vindt dat voortaan de juiste weg gevolgd dient te worden. Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeen komstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten medewerking te verlenen ex artikel 50 der Kleuteronderwijswet aan het bestuur van de stichting Chr. Kleuterschool Prinses Marijke voor een reeds aangelegde tele- f oonaansluit ing Aanpassing van de vergoeding van de vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer. De heer Manneke vraagt wat de financiële consequenties voor de gemeente zijn van de aanpassing van de vergoeding en voorts wat het verschil is tussen een aspirant-officier respectievelijk een adjunct-hoofdbrandmeester en de comman dant en de onder-commandant genoemd in artikel 4 der verordening. voorzitter wijst er op dat de consequenties van de verhoging van de ver goedingen niet zo groot zijn. Het betreft een trendmatige verhoging. Wat de rangen en functies betreft antwoordt de voorzitter dat de verordening geënt is op de functies van de regionale brandweer te Roosendaal. De commandant heeft zo de rang van adjunct-hoofdbrandmeester en de onder-commandant die van aspirant-officier. Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wordt zonder ver dere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming tot aanpassing van de ver ordening "Vergoedingsregeling vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer" besloten. Opnieuw vaststellen van de verordening op de heffing van onroerendgoedbe— lastingen. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten tot vaststelling van de ver ordening op de heffing van onroerendgoed-belastingen. Krediet voor aanschaf van een zelfrijdende maaimachine. De heer Versteeg deelt mede dat zijn fractie accoord kan gaan met het voor stel een krediet beschikbaar te stellen voor de aanschaf van een zelfrijdende maaimachine. De afschrijvingstermijn van 10 jaren wordt wel wat lang gevon den. Van de machine zal een veelvuldig gebruik gemaakt gaan worden, zodat verwacht moet worden dat het apparaat geen 10 jaren mee zal gaan. Derhalve wordt voorgesteld de afschrijvingstermijn te stellen op 7 jaar. Mocht daarna blijken dat de machine toch nog 3 jaar mee kan, dan zullen dat gunstige jaren zijn of bij aanschaf van een nieuwe machine kan een hogere inruilwaarde worden verkregen. De voorzitter heeft op zich geen bezwaar tegen het voorstel van de heer Ver steeg. De heer Manneke kan zich in principe eveneens met het voorstel verenigen. Hij mist in het voorstel echter een post onderhoudskosten. Deze kosten zullen toch wel ruim f. 3.000,f. 4.000,per jaar bedragen. De keuze van de machine beperkt zich reeds tot een bepaald merk, terwijl ook in het voorstel opgemerkt wordt dat er nog een demonstratie plaats moet vinden, zodat het college zich niet aan een bepaald merk gebonden acht. Het was naar de mening van de heer Manneke beter geweest wanneer de selectieprocedure plaats gevonden had vb&rdat een voorstel aan de raad werd gedaan. Tenslotte wordt nog gevraagd wat er met de oude machine wordt gedaan. Wat de onderhoudskosten betreft zegt de voorzitter dat momenteel een krediet wordt gevraagd voor de aanschaf van een machine. Het hiertoe benodigde bedrag zal betrokken worden van de kapi- taaldienst. De onderhoudskosten worden betaald uit de gewone dienst. De de monstratie waarover het voorstel spreekt is tien dagen geleden geweest. -De machine—

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1978 | | pagina 141