'Y-fc
Ui;.'!., }.y:
-•''VP. r-f
v:' T j;:
wethouders gezien. Hij vraagt zich af hoe ver men denkt uit te
breiden. Tot 10.000 inwoners Dan heeft de heer Manneke nog enkele
vragen. Wanneer zal het huidige bestemmingsplan (Noord-Langeweg) zijn
volgebouwd. Wat zal de bestemming van de gronden worden en op welke
wijze zal het nieuwe plan worden volgebouwd? Gaat men weer met een
projektmaatschappij werken? Er zijn reeds eerder voorbereidingsbe-
sluiten genomen. Worden deze nu automatisch ingetrokken? Kan er iets
verteld worden over de bespreking met de Provinciale Planologische
Dienst te dezer zake. Uitbreiding in de richting Helwijk biedt naar
zijn mening een uitstekende kans twee stadsdelen aan elkaar te lassen.
De voorzitter zegt, dat er veel vragen gesteld zijn die ook voor bur
gemeester en wethouders nog vragen zijn. Er zal zolang gebouwd worden,
zolang de mensen de gewoonte hebben om te trouwen en kinderen te krij
gen. Er wordt niet alleen rekening gehouden met de eigen mensen, maar
ook met hen die hier willen wonen en elders werken. Het struktuurplan
is een figuratie en het geeft niet een wezenlijk plan aan. De hoofd
zaak van de gedachte ontwikkeling wordt hierbij aangegeven; het geeft
ook geen exacte begrenzingen aan van bestemmingen. Het struktuurplan
geeft ook aan een verbinding tussen Wilionstad en Helwijk. In welk
tempo gebouwd zal gaan worden is niet bekend» Deui'twerking is nu in
eerste instantie een zaak van de planologen; deze ontwerpen een plan
met strokenbouw, twee-onder-een-kap, vrijstaande huizen, funktiever
deling, groen, speelgelegenheden enzovoort. Het bebouwingscogfficient
moet het geheel betaalbaar maken. Dat zijn allemaal dingen die aan de
orde komen bij een bester-/.ngsplan, maar wat nu aan de orde is, is de
vraag naar welke richting wordt uitgebreid. Hoe de zaken zich zullen
ontwikkelen kan de voorzitter niet zeggen, want hij kan ook niet in de
toekomst kijken.
Wat hij wel weet is dat het bestemmingsplan Noord-Langeweg reeds voor
de helft gerealiseerd is. Het is zinvol om nu reeds eraan te denken
wat de volgende uitbreiding zal zijn. Het verwerven van de gronden
zal niet eenvoudig zijn. Plan Noord-Langeweg zal in 1979 klaar zijn.
Zolang zullen de procedures voor het nieuwe bestemmingsplan wel duren.
Aan de hand van de kaart van het struktuurplan geeft de voorzitter
dan een toelichting. Op deze kaart is een figuratie aangegeven, waarin
inderdaad een nummering van de gedachte uitbreidingen is aangegeven,
namelijk 1 tot en met 4. Burgemeester en wethouders hebben zich af
gevraagd of de aangegeven volgorde een wet van Meden en Perzen was.
De Provinciale Planologische Dienst dacht dat dat niet het geval was,
maar zou deze vraag voorleggen aan de commissie gemeentelijke plannen»
Wat in het voorstel staat is de mening van de direkteur van de Pro
vinciale planologische D ienst. Er is inderdaad gesproken over de
voor- en nadelen van beide uitbreidingen. Gevraagd is, aan burgemeester
en wethouders een brief te schrijven waarin hun oordeel kenbaar wordt
gemaakt. Deze brief is nog steeds niet binnengekomen. Wat op deze kaart
structuurplan) bruin is geeft bebouwing aan. De grenzen moet men
niet in het terrein gaan uitmeten, want het struktuurplan geeft de
hoofdlijnen aan. Hoe dit plan nader uitgewerkt zal worden is aan de
stedebouwkundige. Dat mondt uit in een ontwerp-bestemmingsplan dat dan
aan de raad wordt voorgelegd. De heer De Visser wil ingaan op de op
merkingen van de heer Versteeg. Deze vindt dat men ongeloofwaardig
overkomt als men zich niet aan het struktuurplan houdt. Wanneer men
ten oosten van het Steenpad een school gaat bouwen ziet de heer De
Visser toch ook bezwaren. De kinderen moeten dan het Steenpad over
steken. De opmerkingen met betrekking tot het winkelbestand kan hij
niet delen. Hij zegt nogmaals te hopen, dat de raad het standpunt
van de fraktie van de Partij van de Arbeid zal volgen en besluiten tot
uitbreiding in de richting Helwijk. Dat is ook het standpunt van de
Willemstadse bevolking.
De heer Van den Enden heeft met interesse het betoog van de heer Ver
steeg gevolgd, maar hij gelooft niet, dat de geloofwaardigheid van de
-7-