"-SIC £^£5
OM» 88 -""■" «**>=>- Jtï
r^«p?rov T5^ «f Ln
SötÏÏÏÏ^ r Jo°3i
'f61,0,31 "'=V {gS
b*t!Zn mv™ w n9mw*^6m" .«»h^/ toov ^":.t000.ïTSÏ
*eS "9?S '""inS,m tKis 'Wt ai' i-.bpib.p9p
■Ka
ax noea^tanTqo sbrmoLp iab bL7*l f n"T! 9Ï 9ibiadue
-an rt«v »««+-> neq IOOV n9m *2txx* tfoO .fcrtaovom&op Jbtow bnsq
-sd +9* £f tMssowl3fao3l3e "3 nafcoviavc ,tsf> osddorf Piobwri
-lavo *n,buo,<,„ „3 ,Hiv
(SmA-toav' - f.:'ti-j>ïuo',i ,:i!iv!Jii;i.03jnx snsdaaqo
■'•'3^ t'^uVl BUP ••Wt,-it nsv cainov O*:,:; Uij ,J ^r tsttis-ïcov aC
-36X9 9b J«b ,,r^9 9bbi9l JjBc .Wts ï9rf txd «a^oSmitoSSTjS
Ïl99rf i ^e9e U" >OU 100*Ï9V UC rl99rf 1zb «9 tÜS9d
SZ? J.^9 txb sl&stngon rage IV ,,c .„araïsd
bmq ïlb q° n9ddöh' nontBtob^ jBbos" «rtabuoii 9J
**1 ravo ei pibon 5*ei ob aev Xoobrao tati t fra^-r'a9°b 91
bs^jt „axrjn ,^c^9v ^aaa^;,:;;
«6* raisJ .aaMov m* bl9,a&pJiw rfDo* larf tab f^txV aQ
>si" K*»**!-» naa „am *sb tBnlT^Zv'tT^^^
«ee*V sa ,r>; 9b A6V la^.T 7 ?S9attüv i&b fJBöS
xn: agEnsmqoo^ baog law xissp «os saXIa «spat- - v uo? hr>r
.«aob t bod naa mo beriap biofimpalsp isb ïlaad
nsx qooi-xsv axafc nepai aan nn neb b&st -95 j6i ipas aiarmrM «r
bod «tix nee laam Jaln eatnsslaW n®v x6b os law b- f! 3
•naealq ïaojn spsinaiia nasp nam tsb Xfc/txv ob' r$M taad aa"'
Via een bestemmingsplan kan toch de bestemming van de woning worden
geregeld. De woning moet toch ook aan de bebouwingseisen voldoen. De
heer Van den Enden ziet in deze kwestie een parallel met de kwestie
van de scheepswerf. Meer mensen hadden kunnen vragen om deze woning
te kopen. De heer Manneke ziet die parallel niet, omdat de scheeps
werf geen eigendom van de gemeente was. In de vorige vergadering was
nog met bekend wat er met deze woning zou gebeuren.
De voorzitter brengt dan het voorstel van de heer De Visser om deze
zaak tot de volgende raadsvergadering aan te houden in stemming.
V66r dit voorstel tot aanhouding stemmen de heren Manneke, Kamp en
De Visser. Tegen deze aanhouding stemmen de heren Van den Enden, Van
der Sluijs, Versteeg en Hinters, zodat het voorstel van de heer De
Visser is verworpen.
Dan is aan de orde het voorstel van burgemeester en wethouders tot
verkoop van de woning Benedenkade 4 aan Van Welzenes Vastgoed b.v.
De heer Kam£ vindt dat over dit laatste niet persoonlijk gestemd be-
noert te worden»
op de vraag van de voorzitter of iemand geacht wil worden te hebben
tegengestemd, antwoordt de heer Manneke bevestigend. Zonder verdere
beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten het pand Benedenkade
4, kadastraal bekend gemeente Willemstad sektie E nummer 593, groot 1.26
are en sektie E nummer 1069 (gedeeltelijk) onder bepaalde voorwaarden
JZ^ l^ f11 Welzenes Vastgoed b.v., gevestigd aan de Molen-
dijk 2 te Spijkemsse. De heer Manneke wordt geacht te hebben tegen-
gestemd»
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeen
komstig het voorstel van burgmeester en wethouders besloten te ver
klaren, dat artikel 19 der Lager-onderwijswet 1920 de instandhouding
van de openbare school voor gewoon lager onderwijs in de gemeente
willens tad vordert.
Naar aanleiding van het voorstel van burgmeester en wethouders tot
vaststeiling van het bedrag per leerling voor het lager onderwijs in
1976 zegt de heer Van der Sluijs. dat zijn fraktie blij is dat het
bedrag van f.277,50 per leerling eruit is gekomen. Men heeft vroeger
wel eer*klachten geuit, dat het bedrag per leerling te laag was ge
steld, maar zijn fraktie is met dit voorstel gelukkig.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt
overeenkomstig het voorstel van burgmeester en wethouders besloten:
1. aan de Minister van Onderwijs en Wetenschappen verzoeken te be
palen, dat de enige openbare^lagere school in deze gemeente, voor
het jaar 1976 buiten aanmerking zal worden gelaten bij de vast
stelling van het bedrag, bedoeld in artikel 55ter eerste lid on
der a van de Lager-onderwijswet 1920 en dat het aantal leerlingen
dezer school niet zal meetellen bij de vaststelling van de be
dragen, bedoeld in artikel 55tereerste lid, onder b en tweede lid
onder 3 van genoemde wet;
2. het bedrag per leerling, bedoeld in artikel 101, vijfde lid van
de Lager-onderwijswet 1920, dat voor de bijzondere lagere scholen
m 1976 beschikbaar wordt gesteld, te bepalen op f.277,50;
3. het bedrag waarmede de onder 2 genoemde vergoeding per leerling
wordt verhoogd, ter bestrijding van de administratiekosten, vast
te stellen op f.28,50.
Naar aanleiding van het voorstel van burgmeester en wethouders tot
het beschikbaar stellen van een krediet voor de aanschaf van geluids
apparatuur ten behoeve van de openbare lagere school zegt de heer
Van der Sluijs, dat zijn fraktie ook met dit voorstel verheugd is
omdat deze school nu ook aan de moderne eisen wordt aangepast.
Zonder verdere beraadslaging en zonder hoofdelijke stmming wordt