-12- Op de laatste vraag van de fraktie van de Partij van de Arbeid om de raadsstukken eerder te laten verschijnen, zodat men in de gelegenheid is om de bevolking bij de besluitvorming te betrekken, antwoordt de voorzitter dat het kollege zijn best zal doen. Van de heer Van den Enden zijn de volgende schriftelijke vragen inge komen, "1, Het is ons opgevallen dat de dukdalven en de meerpalen in de buiten- en de binnenhaven er nog steeds vuil en verwaarloosd uit zien. Het wil ons voorkomen dat die vóór de aanvang van het seizoen dienen te worden gereinigd en met een bederfwerend middel moeten worden bewerkt. Zijn burgemeester en wethouders bereid de nodige opdracht tot het doen uitvoeren van bedoelde werken zo spoedig mogelijk te geven, opdat een en ander op tijd nog klaar kan zijn. Een en ander houdt be slist niet in dat we willen sugereren dat de havenmeester te kort is ge- /menen te schoten of in gebreke is gebleven; we/weten dat de oorzaak van het /en wet- uitblijven van het werk elders te zoeken is» 2, Zijn burgemees ter/met houders ons ook van mening dat het gras en ander onkruid uit de scheuren in - de havenmuren verwijderd dient te worden en bedoelde scheuren dienen te worden gedicht. Het zal niet alleen een netter aanzien geven, maar ook verder onheil voorkomen, Zi^jn burgemeester en wethouders bereid ook dat werk te doen uitvoeren voor het seizoen, 3, Kan het college van burgemeester en wethouders ons verklaren, waarom de diverse palen in de jachthaven nog steeds niet zijn geslagen, Is ook hier het college bereid wat spoed achter dit werk te zetten. 4, Er is al eens eerder ge sproken over het vuil op de stoep van het oude raadhuis aan de kade Hoewel niet in gebruik, blijft het gebouw toch een van de visitekaartjes van onze plaats. Willen burgemeester en wethouders bevorderen, dat die stoep meerdere malen in de week, maar vooral op de vrijdagen door openbare werken geveegd en gereinigd wordt". De voorzitter zegt, dat de eerste opmerking van de heer Van den Enden de havenmeester deugd zal doen. De zaak is, dat de havenmeester vorig jaar een tijdelijke kracht heeft gehad. Toen is er wat aan gedaan, maar het is niet afgemaakt, omdat de tijdelijke kracht nodig was in de.- jachthaven. Het werd dus even uitgesteld. Daarna heeft de havenmeester met rugklachten gelopen. De houten toestanden zijn echter van goede kwaliteit. Zodra het weer mogelijk is wordt er iets aan gedaan. De heer De Visser zegt, dat de palen langs de buitenhaven geen carboleum verdragen. De normale onderhoudsmiddelen zijn schadelijk voor deze houtsoorten. Men kan het beste eens bij de Rijkswaterstaat informeren. De voorzitter zal deze opmerking doorgeven aan de technici. Ten aan zien van het gras in de havenmuren zegt de voorzitter, dat men in overleg met de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en de Dienst Aan vullende Cultuurtechnische Werken een heel programma heeft vastge steld voor het onderhoud van de beschoeiingen, het kappen van dood hout, het schoonmaken van de grachten enzovoort. Het zit er allemaal in, maar wanneer het uitgevoerd gaat worden is niet bekend. Maar het komt aan de beurt. Op de derde vraag van de heer Van den Enden zegt de voorzitter, dat het kollege van burgemeester en wethouders zeker be reid is spoed achter deze zaak te zetten.' Maandag is er een bespre king geweest met de leverancier van de palen over de prijs. Voor wat betreft de reiniging van de stoep van het voormalig stadhuis zegt de voorzitter, dat er een tijd is geweest, dat deze dagelijks werd ge reinigd, Met ornitologen is overleg gepleegd om de duiven uit de toren te weren. Daar is men voor 90% in geslaagd. De stoep wordt nu nog regelmatig schoongemaakt, soms elke dag. Tenslotte is nog een vraag ingezonden door de heer Manneke, luidende als volgt: Zijn burgemeester en wethouders bereid om een onderzoek in te stellen naar de mogelijkheid om de scheepswerf nieuw leven in te blazen? Zofn onderzoek zou de werkgelegenheids aspecten dienen te belichten en gepast moeten worden in het kader van de ontwikkelingen van de watersport in Willemstad die de laatste jaren zo'n grote groei heeft doorgemaakt. Kunnen burgemeester en wethouders toezeggen dat, hangende dit onderzoek, waarover de raad geïnformeerd zal worden, geen sloopvergunning voor de jachtwerf afgegeven zal

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1975 | | pagina 20