I
GEMEENTE WILLEMSTAD
Opening.
Notulen.
Isiekompw
itu^en.
Notulen van de openbare vergadering van de raad van de gemeente
Willemstad, gehouden op dinsdag 8 oktober 1974 ten gemeentehuize.
Aanwezig: voorzitter: J.H.Reinders
secretaris: C.A.I.L. van Nispen
de leden W.P. van den Enden, A.A.Kamp, drs.L.F.Manneke,
J.K.MuntersJ. van der Sluijs, C. Versteeg en
P.W. de Visser.
De voorzitter opent de vergadering en stelt vervolgens punt 2 van de
agenda aan de orde.
Naar aanleiding van de ontwerp-notulen van de vergadering van 17 sep
tember 1974 zegt de heer Van den Enden, dat hij ten aanzien van het
beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van de openbare lagere
school voor vernieuwing en uitbreiding van het meubilair gezegd heeft
dat het aantal leerlingensets van veertig kan worden teruggebracht naar
dertig. Daarna heeft hij gezegd, dat hij zich niet met het voorstel van
burgemeester en wethouders kan verenigen. Aan het eind van dit onder
werp staat: "Hierna wordt het voorstel van burgemeester en wethouders
zonder hoofdelijke stemming aangenomen". Aan deze zin moet volgens de
heer Van den Enden worden toegevoegd: "terwijl de heer Van den Enden
geacht wordt te hebben tegengestemd". De raad gaat met deze wijziging
akkoord. Op bladzijde 6, bij de behandeling van de wijziging van de
verordening reinigingsrechter^ vervolgt de heer Van den Enden, heeft de
heer Versteeg opgemerkt, dat hij het volstrekt óneens is dat het twee
maal ophalen van huisvuil in de verordening wordt geschrapt. Daarna
werd door de heer Van den Enden stemming gevraagd; de heer Munters
wees toen op de consequenties. De opmerkingen van de voorzitter hebben
ertoe geleid, dat het door hem opgevat werd dat burgemeester en wet
houders met een nieuw voorstel zouden komen,doch dat voorshands de be
paling dat twee maal per maand grof vuil zou worden opgehaald, bleef
gehandhaafd. De heer van den Enden vraagt dan hoe het bij de andere leden
is overgekomen. Na ampele discussie blijkt dat het de bedoeling in ieder
geval is geweest om het ophalen van het grof vuil vanwege de gemeente
te handhaven, zodat het voorstel van burgemeester en wethouders met deze
toevoeging is aangenomen. Met deze wijziging gaat de raad akkoord. De
heer Van der Sluijs zegt, dat in de notulen op bladzijde zes bij het
voorstel tot het verstrekken van een krediet ten behoeve van de open
bare lagere school de zin "Wel dringt zich de vraag op" enz, de indruk
w3ct althans zou kunnen wekken, dat hij iemand verwijten heeft willen
maken. Dat is niet het geval. De voorzitter zegt, dat de kritiek niet
betrekking heeft op iemand maar op het aantrekken. De heer Manneke zegt,
dat hij op bladzijde vijf onderaan, bij de zin Hij kan niet inzien
een zinsnede mist. Genoemde zin zag hij graag aangevuld met "of misschien
tot de konklusie moet komen, dat de belastingverhogingen onvoldoende
zijn". Met deze aanvulling kan de raad zich verenigen. Zonder verdere
beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden de notulen van de
vergadering van 17 september 1974 overeenkomstig de voorgestelde wij
zigingen c.q. aanvullingen vastgesteld.
De volgende stukken zijn ingekomen:
1. het Koninklijk Besluit van 30 augustus 1974, nummer 14, houdende
goedkeuring van het raadsbesluit van 9 juli 1974 inzake wijziging
van de legesverordening;