-8- aantal inwoners, niets ontvangen. Het gemeentebestuur wordt dus door een relatief groot aantal tweede woningen gehandicapt in de uitvoering van de bestuurlijke taak. Wanneer men minstens drie maanden per jaar profiteert van de bestuurlijke voorzieningen, dan is het billijk dat men proportioneel hierin bijdraagt. Voor de vele diensten die de ge meente biedt is de woonforensenbelasting een schamele bijdrage. De trendmatige verhoging moet ook voor deze bijdrage gelden. Het percen tage van acht, waarnaar de heer De Visser vraagt, is duidelijk geSnt op de persberichten betreffende de verwachte verhogingen uit het ge meentefonds. Vandaag blijkt dat we iets achter gebleven zijn, en misschien is dit aanleiding om in de komende jaren dit alsnog bij te trekken. Hij meent dan ook dat het voorstel van burgemeester en wet houders aanvaardbaar is. Men wijst wel eens op de zware belasting voor de campingbewoners, maar de Voorzitter gelooft dat de exploitanten van de camping hun tarieven ook regelmatig zullen bijstellen en hij zou de trend in deze tarieven wel eens graag willen vergelijken met die in de woonforensenbelasting. De heer Van den Enden danlt de voor zitter voor diens interessante en uitvoerige uiteenzetting, maar hij heeft nog een aantal vragen. In de eerste plaats zou hij graag weten het aantal niet-permanent bewoonde panden in verhouding tot de perma nent bewoonde. Dit is te schatten op resp. 10 en 825. Daarnaast moet toch ook gezegd worden dat vele woningen, die lang leeg stonden en onverhuurbaar waren, na flinke opknapbeurt als tweede woning gebruikt kunnen worden. Nu gaan we die woonforensen nog even "scheren". We moeten alleen maar blij zijn dat deze oude huisjes opgeknapt zijn en hij wijst b.v. op de Achterstraat. Indien de staangelden op de camping verhoogd worden is dat niet allemaal extra winst, maar ook een aan passing in verband metde lastenverzwaring voor de exploitanten. Kan de voorzitter overigens iets over de verhoging van deze staangelden zeggen? Wanneer de voorzitter spreekt over de diensten die de gemeente verleent aan de niet-permanente ingezetenen kan hij hem wel volgen. Maar wat doet de gemeente voor de camping? Het gemeentebestuur doet daar niets aan, noch voor degenen die op de camping verblijven. Het klantenbestand van de camping bestaat voor 90% uit arbeiders, die al het mogelijke hebben gedaan om voor hun vrijetijdsbesteding zo 'n caravan aan te schaffen. Tegenover de woonforensenbelasting staat geen enkele dienst van de gemeente. Hij kan dus niet instemmen met de ver hoging van f«2,50 per jaar. De heer Manneke sluit zich in grote lijnen bij de heer Van den Enden aan. Hij ziet voor de bezitters van tweede woningen inderdaad voor de gemeente een inkomstendervingechter niet voor de caravans. Een belasting van de mobiele en andere cara vans is ook uit andere hoofde naar zijn mening niet eerlijk. Willemstad heeft een recreatieve functie, die via de camping verhoogd is. De voorzitter merkt op dat zowel de heer Manneke als de heer Van den Enden de vergissing maken waarvoor hij reeds gewaarschuwd heeft, n.l. dat ze een vergelijking maken wat voor de heffing door de gemeente aan diensten wordt gepresteerd. Een belasting als deze woonforensenbe lasting is een bijdrage in de algemene middelen, waarvoor geen aan wijsbare dienst tegenover behoeft te staan. Toch zijn er ook voor de woonforensen, waaronder de campingbewoners, aanwijsbare meerkosten voor de gemeente, al is het alleen al door de toenemende vervuiling door intenser gebruik. Ontegenzeggelijk brengen deze forensen ook een extra belasting mee voor de gemeente-secretarie. Het bestuursapparaat vindt een druk in het hebben van toeristen. De camping is een zuiver particuliere onderneming behoort derhalve niet tot de recreatieve functie van het gemeentebestuur zelf en de gemeente heeft daar dan ook geen taak. In het staatje in het voorstel van het college ziet u de oude en nieuwe tarieven; hier is enkel sprake van een trend matige verhoging. De discussies die we nu hebben, kunnen we ieder jaar houden. Als we nu en dan een forse verhoging zouden voorstellen, zou dit echt weerstanden kunnen oproepen. Degenen, die zich een caravan kunnen permitteren zien in de belasting en de geringe ver-

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1974 | | pagina 64