Notulen van de besloten vergadering van de raad der gemeen
te Willemstad,gehouden op 9 september 1969.
De voorzitter opent de besloten vergadering met het voor
stel van burgemeester en wethouders tot aankoop van het houten
huisje Jan van Glymesstraat 23,
De heer Schuil zegt dat burgemeester en wethouders in een
brief aan de heer Bandsma bezwaar hebben gemaakt tegen verdere bewo
ning,wanneer deze de woning zou verlaten.
De woning is inmiddels verkocht aan de heer de Rooij voor
f. 3.500,aldus de heer Schuil.Spreker zegt dat de woning inmid
dels ook weer verhuurd is. De heer Schuil meent dat door persoon
lijk ingrijpen van de voorzitter,verdere verhuur verboden is en
dat door toedoen van de voorzitter thans dit voorstel tot aankoop
door de gemeente is gedaan.De heer Schuil vindt het bedrag van
f.3.500,te hoog.Bovendien vraagt hij zich af,wat de kosten van
overbrenging zullen zijn.De heer Schuil zegt dat een taxateur de
waarde van het gebouwtje op f.1.200,heeft geschat.
Spreker is van mening dat herplaatsing ook nog eens f.3.500,
zal kosten.Hij vindt dit rijkelijk veel.
Do heer Schuil zegt dat in het voorstel ook de mogelijk
heid is geopperd dat door openbare werken gebruik van het gebouwtje
wordt gemaakt.De heer Schuil vindt dat openbare werken beter naar de
affuitenloods kunnen gaan. Men zou dan voor f.3000,de affuiten-
loods kunnen inrichten.De bestemming van het gebouwtje voor de
school aan de Stadsendijk vindt de heer Schuil van weinig nut.De
kosten zullen dan alleen nog hoger worden.
Bovendien vindt de heer Schuil dat het gebouwtje ongeschikt
is voor dat doel.De heer Schuil vindt dat burgemeester en wethouders
het voorstel in moeten trekken en zich nader op de zaak moeten be
raden.Spreker wil de heer de Rooij alsnog in de gelegenheid stellen
het gebouwtje onder bepaalde voorwaarden te verhuren.Indien volgens
de heer Schuil, de heer de Rooij het huisje 3 jaar zou kunnen ver
huren, dan zou hij uit de kosten zijn.
De heer van den Hil zegt,dat hij dezelfde mening als de
heer Schuil is toegedaan.
De heer Munters vindt dat de gemeente het huisje ook in
de toekomst niet moet overnemen.
De voorzitter zegt dat niemand gelukkig is met de voorge
stelde regeling; ook burgemeester en wethouders niet.
De voorzitter zegt dat de heer Derksen het huisje destijds
met een vergunning ingevolge het ketenbesluit heeft gebouwd.Dit
hield in dat het huisje 5 jaar legaal bewoond kon worden en dat
het daarna afgebroken diende te worden.Doch zegt de voorzitter,deze
termijn is al lang verstreken.De heer Derksen verkocht het huisje
aan de heer Bandsma.
De plaats waar het huisje thans staat is geen blijvende
standplaatsaldus de voorzitter.
De voorzitter zegt dat de heer Bandsma een bungalow op de
Poortweide bouwt.Deze woning is bijna klaar.Be voorzitter acht dit
een goede gelegenheid om het huisje te amoveren.Daarom is aan de
heer Bandsma aanvankelijk geen toestemming verleend het huisje te
verkopen.
De heer Bandsma heeft diverse keren gevr agd om het huisje
toch te mogen verkopen.Uiteindelijk is,aldus de voorzittertoestem
ming gegeven het huisje nog eenmaal te verhuren indien daarmee een
Willemstads woningnoodgeval opgelost zou kunnen worden.
De voorzitter zegt dat het briefjewaarin dit aan de heer
Bandsma werd medegedeeld,gebrekkig gesteld was.
De heer Bandsma deelde mede,dat het hem niet gelukte het
huisje aan een ingezetene te verkopen.De heer Bandsma verzocht toe
stemming het huisje aan een inwoner uit Zierikzee te verkopen.De
voorzitter zegt dat hiertoe geen toestemming verleend is.