- 2 - vuil een gelijke regeling kan treffen. De heer van Sprang zegt dat indien het percentage van de straatbelasting voor de ongebouwde eigendommen teruggebracht wordt van 1/$ tot 11^0 volgens de gegeven voorschriften,dan een minder opbrengst bereikt wordt. De voorzitter zegt dat het niet de bedoeling is om de belasting te ver lagen. De heer Kamp vraagt wat er gaat gebeuren als de raad deze belasting ver hoging niet aanvaardt. De voorzitter zegt dat hij een eventuele aanvrage om een extra bij drage uit het gemeentefonds de minister dan afwijzend zal beslissen.Met het voorstel van de heer van Sprang om de straatbelasting te verlagen kan ik ook nog niet meegaan,aldus spreker. De heer Schuil zegt dat we dus als gemeente helemaal onder curatele staah.Het is ten ene male een onjuiste handelswijze van de minister en een aantasting van de autonomie van de gemeente.Door de belastingverhogingen niet in te voeren zal later voor de gemeente nadelige gevolgen kunnen ont staan, zodat we dan steeds dieper in de put komen. De voorzitter zegt dat de gemeente een onderdeel van het rijk is en als we dwars tegen de regels in gaan krijgen we allebei narigheid.Als ik het scherp stel is het dus zo,dat de raad in eerste instantie het orgaan is dat de begroting vaststelt en de dekkingsmiddelen aanwijst.Gebeurt dit niet dan doen Ged.Staten het wel. Verder kan een en ander nog verder doorgevoerd.worden indien er sprake is van verwaarlozing van de taak van de gemeentebesturen. De heer van den Hil zegt dat het billijk zou zijn dat er voor het op halen van het grof vuil betaald zou worden.De reinigingsdienst geeft tooh al een tekort aan.Misdhien is het mogelijk in de reinigingsraeht»n voor ieder een bedrag voor het ophalen van grof vuil te verdisconteren. De voorzitter zegt dat het ophalen van grof vuil inderdaad grote vor men aanneemt en dat een en ander nader met de nabuurgemeenten besproken zal worden. Het ophalen geschiedt buiten de reinigingsdienst om,dus er kan niet zomaar een bedrag voor opgenomen worden. De heer Munters zegt dat de straatbelasting niet verhoogd dient te worden.In zijn totaliteit heffen wij boven de voorgestelde percentages. De voorzitter zegt dat de verhoging van de straatbelasting niet veel uit maakt voor de belastingbetalers.Over een paar jaar moet er misschien een flinke verhoging bij,dan kunnen wij het aanpassen. De heer van Sprang zegt dat wij aan onze verplichting met betrekking tot de heffing der straatbelasting voldoen. De heer Kamp zegt dat hij de reinigingsrechten ook niet wil verhogen. Hierna wordt het voorstel in stemming gebracht.Voor verhoging van de reinigingsrechten stemmen de heren SneepDekkersvan Sprang en Munters. Tegen verhoging der reinigingsrechten stemmen de heren Schuil,Kamp en van den Hil. De verordening tot wijziging van de reinigingsrechten wordt dus overeen komstig het voorstel van burgemeester en wethouders met 4 stemmen voor en 3 stemmen tegen aangenomen. Tegen het voorstel van burgemeester en wethouders tot verhoging der straatbelasting stemmen de heren Schuil,Kamp,van Sprang, van den Hil en Munters.Voor het voorstel stemmen de heren Sneep en Dekkerszodat het voor stel van burgemeester en wethouders tot verhoging der straatbelasting mét 5 stemmen tegen en 2 stemmen voor verworpen wordt. De voorzitter zegt dat de consequenties dus voor rekening van de raad zijn. Overeenkomst vestigen zakeli.jk recht erven Dr. A. de Mooij Burgemeester en wethouders stellen de raad voor over te gaan tot het aangaan van een overeenkomst tot het vestigen van een zakelijk recht met de erven Dr. A. de Mooy te Zwolle.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1969 | | pagina 14