Toch stel ik er prijs op U, min of meer h l'improvist, een paar dingen te zeggen. Natuurlijk begrijp ik diegenen onder U, die liever een '"eigen" en "ongedeelde" burgemeester hadden zien benoemd in deze schone en zo pittoresk gelegen gemeente. Dat U mij zult moeten delen met de gemeente Dinteloord en Prinsenland mag enerzijds op het eerste gezicht ietwat onbevredigend zijn, maar zal in de praktijk, hoop ik, van geen wezenlijke betekenis blijken te zijn. Ik meen overigens, wat de belangen van de beide gemeenten betreft, dat die niet zo zeer uiteen lopen of contrasteren, dat hier snel van een botsing van belangen gesproken zou kunnen worden. Ja,eerder geloof ik, dat op oen aantal zeer belang rijke punten van oen wezenlijke overeenstemming in belangen en ziens wijzen gesproken kan worden tussen do voornaamste stromingen en meningen in de beide raden. Er is in de pers gesuggereerd,dat de op handen zijnde plannen van het provinciaal bestuur tot herindeling van een aantal gemeenten in de Noord-Westhoek van Noord-Brabant wol niet vreemd zullen zijn aan deze benoeming. Dit is misschien wol zo, maar dan uitsluitend in die zin, dat men de hele gedachte van do.ze herindeling nog als een open kwestie wil zien, die ruimschoots ter discussie staat 5 met name de commissaris der Koningin wil elke gemeente ruimschoots in de gelegenheid stellen haar mening, na rijp beraad, te vormen, en hij wil graag de gemeente op elke mogelijke wijze in staat stellen in volle vrijheid haar onder zoek en studie in deze kwestie te verrichten en te doen verrichten, opdat ook de verdediging van hot eenmaal na rijp beraad ingenomen standpunt, ten volle tot zijn recht kan komen. In dit verband wil ik nog opmerken, dat men in het woordje "Waarnemend" geenzins mag lezen, dat het eigenlijk al een uitgemaakte zaak is, dat de provinciale plannen doorgaan en ook zb doorgaan, als zo daar liggen, en hot slechts een kwestie van formaliteit zou zijn, eer ze daadwerke lijk verwezenlijkt worden. Neen, ook al daarom niet, omdat, zoals U weet, de wettelijke procedure nog niet eens aangevangen is, en vanzelfsprekend niet omda,t men, (wie dan ook) do wetgever nu eenmaal niet voorbij kan of wil lopen. Lees dus niet te voel, maar ook niet te weinig, in dat "waarnemend". Indien de gemeentewet mot haar bepalingen over grenzen en inwoneraan tallen bij cumulatie iets meer armslag had geboden, zou er een voor dracht tot normale benoeming zijn uitgegaan.Men wil binnen de ambts periode van 7 jaar, die mij nog gegeven is, do handen volkomen vrij hebben, om olke gewenste richting te kunnen inslaan, die de belangen van gemeente en streek verlangen. En voorts mijne heren, dacht ik zo, dat wij de blik op de toekomst van deze gemeente behoorden te richten en in goede samenwerking de belangen en problemen van do gemeente onder ogen moesten zien en behartigen. Zonder al te veel speculaties over oen zaak, die nog vol ter discussie staat en waaromtrent het denken en studeren in de gehele streek nog maar nauwelijks is aangevangen. Ik ben dankbaar aan de commissaris der Koningin on zijn adviseurs die mij deze vererende taak heeft willen toevertrouwen. Dankbaar voor het vertrouwen, dat daaruit van zijn kant spreekt in mijn persoon en mijn werken in West-Brabant in hot verloden en heden. Ik hoop met Gods onmisbare zegen, deze taak, die voorwaar goen lichte taak zal zijn,gezien de komende ontwikkelingen ook in dezo streek, naar behoren plichtsgetrouw en volgens oer en geweten te vervullen. Ik hoop daarbij op Uw aller modewerking om op efficiënte wijze, in alle openheid, de belangen dezer gemeente en haar inwoners, geestelijk zowel als materieel, zo goed en effectief mogelijk te dienen. Natuurlijk zullen wij aan elkaar moeten wennenik hoop dat zulks snel gebeurt. Tenslotte zijn wij niet geheel vreemden voor elkaar,omdat ik al ge ruime tijd in Uw nabijheid werkzaam was en de gemeenten Willemstad en Dinteloord en Prinsenland steeds vele belangen gemeenschappelijk behartigden.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1968 | | pagina 55