Notulen van de openbare vergaflerlng van «5e raafl fler gemeen
te Willemstad, gehouden op donderdag 13 juni 1968 des avonds te
7.oo uur.
Aanwezig de leden: P.v.d.Hil,W.J.Schuil,C. van Sprang,
J.A.Dekkers, J.C.Sneep,J.K.Munters,A.A.Kamp.
Voorzitter: de edelachtbare heer P.B.Bouman
secretaris: de weledele heer K.Dane.
In verhand met het feit dat tijdens deze vergadering af-_
scheid genomen werd van burgemeester P.B.Bouman wegens zijn
vertrek naar de gemeente de Lier waren nog een aantal geno
digden aanwezig.
Opening.
De voorzitter opent de vergadering met gebed en heet allen
hartelijk welkom.
Vervolgens deelt de voorzitter mede dat hij bij Koninklijk
Besluit van 4 juni 1968 m.i.v. 16 juni 1968 benoemd is tot
burgemeester van de gemeente de Lier en dat hem met ingang
van gelijke datum ontslag verleend is als burgemeester van
Willemstad
Hierna spreekt de voorzitter de volgende rede uit:
Mijne Heren, leden van de raad,
Zo is er dan - vrij abrupt - een einde gekomen aan mijn
werk hier in Willemstad.Op dit moment kan ik het me nog maar
moeilijk realiseren,dat achter eenbijna negenjarige periode
van vreugdevollemaar ook vaak moeizame arbeid temidden van
een gemeente,die me altijd zeer na aan het hart heeft gele
gen, zó maar een punt wordt gezet.Veel tijd om me op het af
scheid behoorlijk te kunnen prepareren,is me niet gelaten;
een goeie week van vaak meer gelóófd wórden dan te léven....
en je mag elkaar de hand ten afscheid drukken.Straks mag je
in De Lier je ogen uitwrijven en jezelf afvragen of alles
misschien tóch een droom is geweest.
Toen ik bijna negen jaar geleden het burgemeestersambt
in Uw midden aanvaarddetoen was ik bezield van enthousiasme
en idealisme t.a.v. mijn nieuwe aantrekkelijke maar ook ver
antwoordelijke taak.Ik ben blij,dat ik op dit ogenblik kan
verklaren,dat mijn enthousiasme en idealisme allerminst ver
dwenen zijn,integendeel,dat ik nog even sterk als voorheen
besef,dat het burgemeestersambt een prachtig ambt is,omdat
het je in relatie brengt tot mensen,die iets van je verwach
ten en die iets van je verwachten mógen,dat dit ambt je in
de gelegenheid stelt jezelf dienstbaar te maken aan ®en sa~
menleving,die haar gerechtvaardigde eisen stelt en mag
stellen.
Dat die mensen en die samenleving daarbij niet altijd
even gemakkelijk zijn, dat er ook wel eens óngerechtvaar
digde eisen worden gesteld, dat is iets,waar je echt niet
van ondersteboven moet raken; we maken zo gauw overal een
drama van.
Als ik mijn afgelopen ambtsperiode hier tegen deze acn
tergrond bezie,dan kan ik naar waarheid zeggen: het was een
goede tijd hier in Willemstad.We hebben het in het algemeen
best met elkander kunnen vinden.Echte ruzie hebben we-naar
ik me kan herinneren - eigenlijk nooit gehad.De voorzitters
hamer - ergens toch wel een beetje een statussymbool - is
nooit uit de kast gekomen.Symbolisch is hij natuurlijk wél
eens gebruiktmaar dan om er de burgemeester - het hooi a
van Jut - mee te treffen.Ondertussen zit de kop er nog op.
Ik heb altijd getracht de raadsvergaderingen m een sfeer
van gezelligheid en stijl te doen verlopen; het verloop
kwam vaak door de rondvraag,die wel eens erg lang uitliep.
Maar ter wille van de democratie laat zelfs de burgemees
ter graag een veer.Je moest innerlijk wel eens toornen om
zóveel breedsprakigheid in het gevorderde avonduur,maar je
wist van je raadsleden,die evenzovele goede vrienden van je
waren,dat ze er niet zijn om lief te doen,maar om de be
Tangen der gemeente te dienen;dóórvoor hebben e® immers
'pn ppd afgelegd.Achter veel franje van woorden heb ik dit
altijd weer weten te honoreren.Beste raadsleden,hartelij
dank,in 't bijzonder voor Uw critiek;