Notulen van de "besloten vergadering van de raad der gemeente
Willemstad, gehouden op donderdag 28 december1967, na sluiting van
de openbare vergadering.
Voorzitters de edelachtbare heer P.B.Bouman,burgemeesterj
Sekretaris; de weledele heer K.Danej
Aanwezig de leden» J.C,Sneep, W.J.Sohuil, A.A.Kamp, P.van den Hil
en J.K.Munters.
Be voorzitter deelt mede vlak voor Kerstmis een brief te hebben
ontvangen van het dagelijks bestuur van het waterschap de Striene
betreffende de verkoop van do buitengronden ten oosten van Willemstad,
Uit dit schrijven blijkt, dat het waterschap deze gronden door een
deskundige heeft laten schatten. De uitslag van de schatting is zó,
dat de prijs van f,b20,000,(exclusief dijk) blijft gehandhaafd.
Het bestuur wil vóór 15 januari 1968 vernemen of de gemeente bereid is
op deze prijs in te gaan.
Mocht de gemeente voor genoemde datum niet hebben geantwoord,dan neemt
het bestuur aan dat de gemeente goon gegadigde meer is en kan hot in
onderhandeling treden met derden om tot verkoop te geraken.
De voorzitter merkt op dat uit hot schrijven tooh minstens had
moeten blijken of de prijs inclusief of exclusief de eventuele waarde
vermeerdering van de grond is gesteld.
Spreker zegt dat de brief nog niet in de vergadering van het
collego van burgemeester en wethouders is behandeld. Indertijd heeft
„gemeentebestuur f.600,000,—— voor de grond geboden,Spreker zou
het betreuren als de gronden voor de gemeente verloren gingen, wat
natuurlijk niet inhoudt dat tot elke prijs moet worden gekocht. In
hoeverre er werkelijk sprake is van andere gegadigden blijft een
vraag.
De heer W.J.Sohuil zegt dat naar zijn mening do gemeente gega
digde blijft, mede gezien tegen de achtergrond van het goedgekeurde
bestemmingsplan.
De voorzitter wil toch nog een gesprek hebben mot het bestuur
van het waterschap. Naar zijn mening kan gerust open kaart worden
gespeeld, waarbij van weerszijde, de taxatie-rapporten op tafel komen.
Indertijd werd van de zijde van het waterschap f.750,000,
gevraagd. Tot f,900.000,zou de waardevermeerdering het waterschap
ten goede komen, daarboven de gemeente.
De heer J,K,Munters vraagt welke rechten do gemeente kan laten
gelden nu het bestemmingsplan is goedgekeurd.
De voorzitter antwoordt dat tot onteigening kan worden overge
gaan, van wie dan ook. Do procedure kan echter jaren duren, hoewol
vervroogde in gebruikneming tot de mogelijkheden behoort.
De heer W.J.Sohuil merkt op dat hot bestuur van het waterschap
maar aan een d«rdo moet verkopen als mon dat beslist wil. Die derde
is toch gebonden aan de voorschriften van do gemeente.
De voorzitter vreest dat de gemeente in goval van onteigening
nog meer zal moeten botalon.
Do hoor W.J.Sohuil zegt dat dan de taxatieprijs niet goed is.
De voorzitter herinnert er aan dat er nog een taxatie-rapport
ligt van do heron van Niouwenhuijzon en Punt, waarin de geschatte
waarde wordt gesteld op ongeveer 9 ton. Van waardevermeerdering was
toon nog geen sprake.
De heer Smit heeft hot gemeentebestuur onrustig gemaakt door
te wijzen op art,8 van do Deltawet.
Genoemde taxateurs hebben ook daarna do door hen getaxeerde waarde
gehandhaafd. De voorzitter kan dit waardoren omdat anders het ver
trouwen zou ontbreken.
Op grond van een door de heor van Ittersum mondeling uitgebracht
advies hebben burgemooster en wethouders oen bod gedaan van f.600.000,—
-Do hoor'-"