- 17 - Mijnheer de Voorzitter, ik heh ook nog enkele wensen voor 1965. In 1964 is door U aan de Raad beloofd meermalen een vergadering te beleggen gezien de zeer lange agenda's. Het is nu weer 2 maanden geleden, dat wij Raad hadden. Hu weer een lnnge agenda met de begroting 1965 e:r 'bij» Dit wordt volgens mij weer nachtelijk uur eer het eind er is. Ik maak er bezwaar tegen als het zo laat wordt. Mag ik van IJ verwachten, dat U in 1965 Uw belofte in zult lossen raad te houden op kortere termijn Ik zag ook graag, dat de raadsvergadering om 7 uur kon beginnen, in plaats van 7.30 uur. Mijnheer de Voorzitter, ik spreek de hoop uit, dat 1965 een mooi en goed jaar voor ons moge worden, vooral ook met het historisch herdenken van 400 jaar Willemstad. Dat wij onder Uw leiding met Ut/ wethouders en ambtenaren voortreffelijk door Gods leiding moge werken tot opbloei van onze Gemeente. Ergens in Hederland is in de Raadzaal een prachtige spreuk destijds aange bracht die luidt als volgt: De heilige eendracht is het zout dat huis en stad in wezen houdt. Ik hoop, Mijnheer de Voorzitter, dat wij deze spreuk voor ons mogen en kunnen overnemen, want dat zal ten goede komen voor onze Gemeente. De voorzitter dankt de heren voor hun beschouwingen en wil zeer in het kort hierover iets zeggen. Spreker hoopt dat men bij regering en kamer tot een oplossing komt voor de financiële positie van de gemeenten. De gemeente staat nu met de rug tegen de muur. Het college van burgemeester en wethouders heeft ook overwogen om de belas tingen op te trekken, b.v. de reinigingsrechten (in verband met de gemeen schappelijke regeling van de ophaaldienst) en de hondenbelasting. Het tekort wordt hierdoor evenwel niet veel minder. De belastingen kunnen altijd nog worden opgetrokken om middelen te hebben voor het dekken van zeer noodzakelijke uitgaven. Dit is in het verleden al meer gebeurd, b.v. bij de bestrating van het Molen pad. Helwijk v/as voor spreker een gegeven. We moeten er van maken wat er van te maken is in het belang van de bewoners. Het blijft een betreurenswaardige zaak, maar de gemeente moet de leefbaarheid garanderen. Spreker is het er mee eens, dat het woongebied zou worden aangetast door het vestigen van "industrie". Maar het plan van de heer Sneep gaat niet door. Er blijft wel een stukje industrieterrein bestaan, echter zonder dat het woonger bied wordt gefrustreerd. Spreker betreurt het, dat Gedeputeerde Staten nog geen goedkeuring hebben ge hecht aan het plan voor de rekreatie op de buitendijkse gronden. We kunnen niets anders meer doen dan afwachten. De heer Schuil vraagt of soms een aanvang zou kunnen worden gemaakt oostelijk van de jachthaven. De voorzitter antwoordt, dat de z.g. redauche ook al bestemd is als terrein om zich te vertreden voor de jachtjesmensen. Men is vreselijk bang: voor bouw sels daar. De heer Schuil zegt de motivering van de dienst der Domeinen niet te begrij pen. De voorzitter zegt deze dienst hun futuliteiten te hebben verweten. Verder is er gesproken over de jachthaven. De dienst der Domeinen en de Stichting Menno van Coehoorn hebben een goedkeurend advies uitgebracht. Van de zijde van Rijkswaterstaat en het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap pen heeft men er zijn bevreemding over uitgesproken, dat de gemeente dit nog niet wist.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1965 | | pagina 17