- 9 -
Aanwijzing lid
en plv. lid
Stichting
W.E.B.
Herzieningen
uitbreidings
plan in
hoofdzaak.
De subsidies worden nl. laat ontvangen. Nadat de raad het voor en tegen
heeft afgewogen, stelt de voorzitterae gevraagde extra subsidie over de
jaren 1961 en 1962 te verlenen.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad het tekort over deze jaren aan
te vullen door het verstrekken van een extra subsidie.
Ingevolge de gewijzigde statuten van de Stichting Welvaartsbevordering
West-Brabant, wordt een contactraad in het leven geroepen, waaraan het
stichtingsbestuur tenminste eenmaal per jaar inlichtingen over zijn werk
zaamheden zal verstrekken en welke ook ongevraagd aan het stichtingsbestuur
binnen het raam van de doelstellingen van de stichting voorstellen kan doen.
Van de contactraad kunnen lid zijn de burgemeester van elke West-Brabantse
gemeente en een door en uit elke West-Brabantse gemeenteraad aangewezen
persoon.
Burgemeester en wethouders juichen het toe, dat door het instellen van een
contactraad meer rechtstreekse betrekkingen ontstaan tussen het gemeente
bestuur en het stichtingsbestuur en bevelen de volgende heren voor aanwij
zing aan:
als lid W.J.Schuil
als plv. lid: A. de Wit
Voor de goede orde merkt de voorzitter op, dat voornoemde aanbeveling niet
bindend is.
Nadat een schriftelijke stemming is gehouden blijkt, dat voor de aanwijzing
tot lid op de heer V7.J.Schuil 6 stemmen zijn uitgebracht en op de heer
A. de Wit 1 stem.
Bij de aanwijzing van een plaatsvervangend lid kreeg de heer A. de Wit
5 stemmen, de heer J.A.Dekkers 1 stem en de heer G.N. de Lint eveneens
1 stem.
De heren W.J.Schuil en A. de Wit zijn dus aangewezen als lid resp, plaats
vervangend lid van de contactraad.
De voorzitter feliciteert beide heren met hun aanwijzing.
Burgemeester en wethouders bieden de raad ter vaststelling een tweetal
ontwerp-wijzigingen aan tot partiële herziening van het thans geldende
uitbreidingsplan in hoofdzaak.
Bij de ontwerp-wijzigingen zijn begrepende buitendijkse gronden ten westen
en ten oosten van de kom der gemeente.
De ontwerp-wijzigingen zijn genummerd I en II.
Gedurende de termijn, dat bedoelde ontwerp-wijzigingen ter inzage hebben
gelegen, zijn de volgende bezwaarschriften ingekomen:
1. Rijkswaterstaat Arrondissement Dordrecht d.d. 31 december 1963;
2. Rijkswaterstaat Deltadienst 's-Gravenhage d.d. 3 januari 1964
3. Het waterschap "De Striene" te Klundert d.d. 6 januari 1964;
4» J.H.Boertjes e.a. te Willemstad d.d. 3 januari 1964»
Naar de mening van het college van burgemeester en wethouders zijn de
eerste twee bezwaarschriften voor inwilliging vatbaar. De heer Margry, ste-
debouwkundige van onze gemeente, deelt die mening en heeft daarvan blijk
gegeven in zijn advies van 27 januari 1964.
Op grond daarvan stellen burgemeester en wethouders voor de op de kaart
in de direkte omgeving van de sluizen gearceerde vakjes af te voeren en de
aangebrachte wijzigingen in artikel 2 van de bestemmingsbepalingen te aan
vaarden.
Tengevolge daarvan krijgt de Rijkswaterstaat grotere vrijheid bij de stich
ting van een aantal voorzieningen in de omgeving van de sluiswerken.