- 2 -
Vaststelling
ontwerpplan
nen I en II
tot partiële
herziening
uitbreidings
plan.
11. Een schrijven van Gedeputeerde Staten d.d. 10jun64» G.nr. 78»904» waar
hij afwijzend werd beschikt op een verzoek ex art. 20 van de Wederop-
bouwwet t.g.v. de heer J.C.Sneepj
12. Een schrijven van burgemeester en wethouders van Fijnaart d.d. 29jun64,
waarbij een exemplaar toegezonden wordt van de door Gedeputeerde Staten
goedgekeurde gemeenschappelijke regeling voor het ophalen van huisvuil'^
13. Een schrijven van Gedeputeerde Staten d.d. 24jun64, waarbij goedkeuring
wordt verleend aan het raadsbesluit d.d, inzake verhoging van
het bedrag, waarmede in de verwaarborgingsregeling der F.O.G. wordt
deelgenomen.
De heer de Lint is van mening, dat Gedeputeerde Staten betere argumen
ten hadden moeten gebruiken om goedkeuring te onthouden aan het besluit van
de raad van 3 december 1963» tot toepassing van artikel 20 van de Wederop-
bouwwet voor de bouw van een industriehal ten behoeve van J.C.Sneep.
Het silhouet van Willemstad gaat toch verloren.
De voorzitter zegt, dat het ene argument inderdaad sterker spreekt dan het
andere. In vorige vergaderingen is hierover al uitvoerig gesproken, aldus
de voorzitter. Komende van Helwijk is het silhouet van Willemstad nog wel
te onderscheiden.
De heer de Lint is van mening, dat dit niet het geval is. Alleen vanaf het
water vertoont Willemstad nog een duidelijk silhouet.
Terder wijst de heer de Lint nog op het gevaar, dat ontstaat door de nieuwe
toegangsweg naar Willemstad te verbreden tot 30 m.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad de ingekomen stukken voor ken
nisgeving aan te nemen.
Burgemeester en wethouders bieden de raad ter vaststelling aan een twee
tal^ ontwerp-wijzigingen tot partiële herziening van het thans geldende uit
breidingsplan in hoofdzaak, genummerd I en II.
Bij de ontwerp-wijzigingen zijn begrepen de buitendijkse gronden ten westen
en ten oosten van de kom der gemeente
Gedurende de termijn, dat bedoelde ontwerp-wijzigingen ter inzage hebben
gelegen, zijn de volgende bezwaarschriften ingekomen:
1. Het Waterschap "De Striene" te Klundert d.d. 17 juli 1964;
2. J.H.Boertjes cons, te Willemstad d.d. 7 juli 19645
3. C.Maris Czn. te Willemstad d.d. 24 juli 1964.
Naar de mening van het college van burgemeester en wethouders is het eerste
bezwaarschrift van het waterschap "De Striene" niet aanvaardbaar.
De haven ter plaatse of het niet te dempen gedeelte daarvan kan een funktie
vervullen in de rekreatieve sfeer.
In dit verband merkt het college op, dat de bestemming van de gronden geen
nadelige invloed kan hebben op de ontwatering van binnen waterschapsverband
gelegen gronden, aangezien elke wijziging in de situatie ter plaatse, waar
bij de afwatering of ontwatering in het geding komt, zich niet zonder toe
stemming van het waterschap kan voltrekken.
Het tweede bezwaarschrift van een aantal pachters is helaas niet voor in
williging vatbaar. Waar hier sprake is van de behartiging van het algemeen
elang in de ruimste zin des woordsmeent het collegedat aan de bezwaren
van reklamanten niet tegemoet kan worden gekomen.
Aangezien bij onteigening of pachtontbinding een wettelijk vastgestelde
regeling voor schadeloosstelling wordt toegepast, zal aan de betrokken
pachters een verantwoorde financiële schadeloosstelling worden verleend.
- 3 -