De heerSchut zegt zich ook te hebben afgevraagd of het beter was Helwijk, dat nu eenmaal bestaat, naar Willemstadtoe te bouwen. We krijgen dan een vlieger met de staart naar het binnenland, terv/ijl Willemstad specifiek aan het water is gelegen. Het is voor de bevolking attraktiever om aan een groot water te wonen. Daarom is de uitbreiding aan de oostkant bewust aan het water gepland, gedeeltelijk over de dijk heen. De uitbreiding is gedacht in twee fasen. Dit is vrij willekeurig. De jaar», tallen 1980 en 1990 zijn met alle voorbehoud. Wij rekenen met woongelegen heid voor mensen, die graag rustig aan het water willen wonen. Het tempo van de uitbreiding zal afhangen van de vraag en de goedkeuring van het provinciaal bestuur. De heer de Lint zegt de inleider met genoegen te hebben gevolgd. Al die rapporten brengen wel iets goeds. Wat goed is, zal later blijken. Het uitbreidingsplan ten oosten van de stad wijkt in maat af van het plan van onze stedebouwkundige Vanaf Elim tot aan de sluizen ligt er genoeg grond die gebruikt kan worden voor bouwterrein. Er ontstaat dan geen vlieger met staart. Bovendien is de afstand niet zo groot om dit aan elkaar te breien met Helwijk. De bebouwing moet dan beginnen ten zuiden van de Hogeweg. De noordkant moet worden vrij gelaten om het gezicht op Willemstad te behouden. De uitbreiding van het woongebied zal wel even duren, omdat het bouwen pas echt begint als de wer ken in het Haringvliet klaar zijn en de forensen zich hier willen vestigen. De heer Schut zegt dit een punt te vinden om het oneens te zijn. Als U de ruimte tussen de stad en de Zoomweg zou willen bebouwen, overigens is het de vraag of dit sou lukken i.v.m. goedkeuring van hogerhand, pas dan op. Willemstad zou een tweede Haarden kunnen worden. Daar dreigde de oude ves tingstad achterbuurt te worden van het geheel. Dit kan men nog wel voor komen, maar de vesting als centrum verdwijnt. Het zwaartepunt moet binnen de vesting blijven liggen, anders bewijst men het oude stadje een slechte dienst. Als de uitbreiding groter zou worden gemaakt dan wij hebben aangegeven, wordt de grens overschreden. Het stadje trekt dan niet meer. Het is dan niet meer verantwoord de vesting ten koste van geld en zorg in stand te houden. De oude stad moet de belangrijkste bouwsteen blijven in het geheel. De heer de Lint vreest dat, wanneer de uitbreiding in het oosten wordt bego^ nen en later in het zuiden wordt voortgezet, er niet ontkomen kan worden aan uitbreiding door laagbouw zonder het gezicht op het stadje te schaden. Door alleen een uitbreiding in het oosten te projecteren krijgen we half slachtigheid. Als het oosten is volgebouwd en de forensen blijven k^men, moet men vanzelf de grond rond het stadje volbouwen. We moeten dit zuiver in de toekomst bekijken, Voorlopig biedt de oostzijde voldoende ruimte. Het is alleen jammer om aan de oostkant uit te breiden en de mogelijkheden in de derde of vierde fase niet te benutten, De heer Schut antwoordt dat dit een kwestie is van de verre toekomst. De vraag is al voorgelegd om een soort ideeën-plan toe te voegen. We kunnen dit niet doen. De stedebouw wil mogelijkheden open laten. Als de uitbreiding sterk toeneemt, b.v. met honderden vroningen per jaar, dan zal de zaak opnieuw bekeken moeten worden. Dan is te overwegen om een stad te stichten op een daarvoor geschikte plaats. Dinteloord en Steenbergen zouden aan elkaar kunnen groeien of de kernen breiden zich uit als olievlekken. We hoeven deze keus echter nog niet te doen. Voorlopig moeten we rekenen met een bescheiden opzet. - 6 -

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1964 | | pagina 68