Notulen van de vergadering van de raad der gemeente Willemstad,
gehouden op dinsdag 9 juni 1964 te 19-30 uur ten gemeentehuize.
Voorzitter: de edelachtbare heer P.B.Bouman Jr.
Sekretaris: de weledele heer K.Dane.
Aanwezig de leden: J.A.Dekkers, C.P.Koekkoek, A. de Wit, A.A.Kamp,
Gr.N. de Lint, H.Grootenboer en W.J.Schuil.
Opening, Na het uitspreken van het ambtsgebed opent de voorzitter de vergade
ring en heet de leden hartelijk welkom.
De voorzitter is dankbaar dat veel raadsleden aanwezig waren in Zevenbergen,
waar een forum-avond is gehouden door de gespreksgroepen, die het rapport
aan de rand van de randstad bespreken. U hebt getoond, aldus de voorzitter,
dit gesprek belangrijk te vinden. Het is voor de verschillende gemeenten
inderdaad van groot belang om tot een samenspraak te komen.
De voorzitter deelt mede dat er 's middags een vergadering is geweest van
het W.E.B. Ook deze vergaderingen zijn belangrijk voor de streek. Achter
het front zijn zich dingen aan het voltrekken, die van grote waarde kunnen
zijn.
Binnenkort zal een openbare vergadering van de raad worden gehouden, waarin
het struktuurplan van de drie provinciëndam zal warden besproken.
De voorzitter heeft ir. Schut bereid gevonden naar Willemstad te komen om
een explicatie te geven.
De streekpers heeft reeds een verdienstelijk verslag gegeven van het werk.
Aangezien er veel belangstelling van het publiek wordt verwacht, zal de
vergadering niet in de raadzaal worden gehouden, maar in de zaal van
gebouw "Irene".
Partiële her- Burgemeester en wethouders bieden een ontwerp-partiële herziening aan
ziening rege- van de regeling t.a.v. de bebouwing van de kom der gemeente. Bij de partiële
ling bebouwing herziening zijn betrokken een aantal percelen aan de zuid-oostzijde van de
kom der Achterstraat. De herziening is nodig om de mogelijkheid te scheppen dat
gemeente. ter plaatse een aantal bejaardenwoningen kunnen worden gebouwd en een twee
tal bungalows. Bovendien is gedacht aan een parkeerterrein, waarvan sprake
is in het jaohthavenplan.
Dit agendapunt is in de vergadering van 6 februari 1964 ook aan de orde
geweest. Het werd toen aangehouden om het plan nader te bezien i.v.m. de
situering van het parkeerterrein. Nadat in de informele raadsvergadering
van 20 maart 1964 de heer ir. J.Margry, stedebouwkundige der gemeente, een
toelichting op de diverse uitbreidingsplannen had gegeven, gaven de raads
leden het college van burgemeester en wethouders in overweging het ontwerp
plan ongewijzigd aan de raad aan te bieden. Het college van burgemeester
en wethouders stelt voor het ontwerp-plan ongewijzigd vast te stellen.
De heer W.J.Schuil is van mening dat het plan geaccepteerd kan worden onder
de uitdrukkelijke voorwaarde, dat het parkeerterrein verdwijnt zodra dit
mogelijk is.
De voorzitter zegt dat in het parkeerterrein niet veel geld zal worden ge
ïnvesteerd. Zodra een andere parkeergelegenheid kan worden gevonden, kan
het terrein bijv. worden gebruikt voor woningbouw.
De heer A, de Wit merkt op dat er ook plantsoen van zou kunnen worden ge
maakt.
- 2 -