- 16 -
Hierna wordt met algemene stemmen aan de agenda het punt toe
gevoegd: "ingekomen beroepschrift van de heer J.C.Sneep tegen
hem door burgemeester en wethouders geweigerde bouwvergunning
voor het plaatsen van een industriehal".
Door de raad wordt besloten aan de heer Sneep een bouwvergunning
te verlenen onder voorwaarde, dat ter plaatse geen dergelijke
gebouwen meer mogen verrijzen. Verder dient het uitbreidingsplan
binnen 10 jaar aangepast te worden, zulks in verband met het
feit, dat de vergunning verleend wordt ex artikel 20 der Weder-
opbouwwet
De raadsleden zullen van de verleende vergunning aan de heer
Sneep een afschrift krijgen, terwijl de delegatie uit de raad
te zijner tijd de betreffende vergunning in den Bosch nader zal
toelichten, zulks in verband met de vereiste goedkeuring van
Gedeputeerde Staten.
Rondvraag. De heer de lint vraagt of het sportterrein wel goed ge
draineerd is. Volgens hem was men na een hevige regenbui bezig
om het water er af te laten lopen. Spreker is van mening, dat
de Heide Mij. in gebreke is.
De voorzitter zegt, dat bij de aanleg een en ander met de heren
van de Heide Mij. besproken is en dat men zich garant stelde
voor een goede drainage.
De heer Hartmans was van mening, dat de plaats, waar men water
van het sportveld afgelaten heeft, de plaats is voor het
bouwen van een kleedlokaal en parkeerterrein.
Volgens de heer de Lint is het een raadsel en zal het wel een
raadsel blijven.
De heer de Lint vraagt naar het tempo van de rioleringswerk—
zaamheden.
De gemeente-architekt, de heer Hartmans, zegt, dat, afgezien
van enkele dagen slecht weer het tempo voldoende is. De mate-
riaalaanvoer stagneert wel eens, zodat men niet kan afwerken.
De heer de Lint vraagt, waarom in de Grimhoek het wegdek niet
tijdelijk wordt dichtgelegd. Nu is het een rommel.
De heer Grootenboer vraagt, of er bedrijven in de gemeente zijn,
die van de rioleringswerkzaamheden hinder ondervinden.
De voorzitter dacht van niet.
De heer Grootenboer had een klacht gekregen van de firma van
der Plier.
De gemeente-architekt zegt, dat men overeengekomen was, dat er
wat grond op zijn terrein gestort mocht worden voor het dempen
van de sloot.
De heer de Wit had de toestand ter plaatse eens bekeken en had
gezien, dat men er wel degelijk last van had.
De heer Schuil vroeg de architekt de grond zo spoedig mogelijk
op te ruimen. Het is een kleine moeite en dan is men tevreden.
De heer Kamp vraagt naar de afrastering bij de 4 woningen in
de Groenstraat.
De voorzitter zegt, dat er in het besluit betreffende de grond
ruil tussen de gemeente en Herwig bepaald is, dat de afschei
ding zal bestaan uit gaas. De raad is unaniem van mening, dat
men beter betonplaten kan nemen. Verder wordt er gediscussieerd
over de ophoging van het terrein achter de woningen, daar êên
der bewoners dit zelf reeds heeft gedaan.
