- 15 -
Waarom wordt in de afwijzing de datum veranderd en gesteld op
10 oktober 1963
De voorzitter zegt, dat de heer Sneep op 5 september inder
daad een aanvraag gedaqn heeft om een bouwvergunning. Op ons ad
vies is de aanvraag om een bouwvergunning gewijzigd in een aan
vraag ex art. 20 der Wederopbouwwetwelke gedagtekend werd op
10 oktober 1963.
De heer Grootenboer vraagt of het niet beter geweest was, dat
burgemeester en wethouders deze aanvraag direkt naar den Bosch
hadden doorgestuurd.
De voorzitter zegt, dat dit niet kan.Een dergelijke vergunning
wordt door burgemeester en wethouders verleend na de commissie
voor de gemeentelijke uitbreidingsplannen te hebben gehoord. De
grootste moeilijkheid was echter, dat de heer Sneep het stuk
land direkt moest kopen. Wij hebben hem toen gezegd, dat hem
vergunning verleend zou worden, onder voorbehoud van de goedkeu
ring van Gedeputeerde Staten. Onze stedebouwkundigede heer
Margry, keurde het plan al direkt af.
De heer de lint kan nog steeds niet begrijpen, dat op andere
plaatsen wel gebouwd kan worden. De agrarische grond is toch de
reserve voor het uitbreidingsplan. Dan kan de raad toch een ter
rein aanwijzen voor deze industrie, terwijl het hier geen indus
trie betreft, maar een verzorgend bedrijf voor de landbouwzoals
werkplaatsen voor het repareren van landbouwmachines.
De heer de Wit had alle verhalen eens rustig aangehoord. Volgens
hem hadden burgemeester en wethouders de heer Sneep beter moeten
voorlichten. Wat betreft de mening van de planologen, daar
hechtte hij weinig waarde of geen waarde aan. In een boomgaard
zet men toch ook schuren en koelhuizen. Het speet hem, dat de
heer Sneep, die deze grond duur gekocht had, niet in het bezit
kon komen van een bouwvergunning.
De heer Schuil ziet thans 4 mogelijkheden, t.w.
1. het door de heer Sneep aangekochte terrein aanwijzen als ge-»
bied voor het vestigen van industrie, door wijziging van het
uitbreidingsplan;
2. het terrein tegenover de kleuterschool aanwijzen.Het bezwaar
is dat betrokkene deze grond niet in eigendom heeft;
3. het terrein achter Zonnehoeve aanwijzen, en
4. ronduit tegen de heer Sneep zeggen, dat hij zijn onderkomen
maar in een andere gemeente moet zoeken.
De voorzitter zegt, dat het wijzigen van het uitbreidingsplan
veel te lang duurt, terwijl het dan nog de vraag is of men hier
op goedkeuring krijgt.
De heer Schuil zegt, dat men voor een dergelijk plan moet vech
ten en dan maar met de gehele raad naar den Bosch gaan.
De heer Dekkers is het hiermede eens, doch wijst er op, dat de
heer Sneep eerst beroep bij de raad moet aantekenen tegen de hem
door burgemeester en wethouders geweigerde
Vervolgens wordt een commissie uit de raad bonoamd/^bestaande
uit de heren Dekkers, Schuil, Grootenboer en de Lint. Deze com
missie zal dan de belangen van de gemeente en de heer Sneep bij
Gedeputeerde Staten nader toelichten, zulks in verband met het
feit, dat Gedeputeerde Staten aan de door de raad verleende
bouwvergunning hun goedkeuring moeten verlenen.
/zodat de raad zich kan uitspreken in de onderwerpelijke aan
gelegenheid.