- 5 -
In 1967 kunnen de terreinen voor rekreatie gebruikt worden,
daar er dan geen water meer opkomt na de afdamming. De heer
de Lint denkt, dat er nog wel water opkomt. De voorzitter
zegt, dat deze terreinen eerst opgehoogd zullen worden. De
heer de Lint zegt, dat men dan een goedkope leverancier van
zand moet hebben, anders wordt het veel te duur. De heer de
Lint ziet niet veel in dit plan. Het terrein is nl. 3-J km
lang en 500 meter breed. De vorm lijkt nergens op.
De voorzitter zegt, dat er mensen zijn, die er wel iets in
zien. Bij het Ministerie van O.K. en W.Ekonomische Zaken en
Verkeer en Waterstaat is men enthousiast voor dit plan.
De heer de Lint kan dit niet inzien.
De voorzitter wil het plan veilig stellen door de wijziging
van het uitbreidingsplan.
De heer Schuil ziet wel brood in het plan. Hij denkt in dit
verband aan de Loosdrechtse— en Vinkeveense plassen.
Verder vraagt de heer Schuil naar de bijzondere doeleinden,
vermeld op de kaart en betrekkihg hebbende op de wijziging ten
westen van Willemstad. De voorzitter zegt, dat hier eventueel
een café-restaurant en een bevrachtingskantoor voor de scheep
vaart gebouwd kunnen worden.
De heer de Wit kan zich niet indenken, dat hier een dergelijk
kantoor gebouwd wordt. De voorzitter ziet deze mogelijkheid
wel en dan staat het al vast op kaart.
Hierna wordt het voorstel van burgemeester en wethouders zon
der hoofdelijke stemming aangenomen.
Bebouwing Burgemeester en wethouders stellen de raad voor een ont-
Achterstraat werp—partiele herziening van de regeling t.a.v. de bebouwing
van de kom der gemeente vast te stellen. Bij deze partiële
herziening zijn een aantal percelen betrokken aan de zuid
oostzijde van de Achterstraat. De herziening is nodig om de
mogelijkheid te scheppen, dat ter plaatse een aantal bejaarden
woningen kunnen worden gebouwd en een tweetal bungalows. Boven
dien is gedacht aan een parkeerterrein, waarvan sprake is in
het jachthavenplan.
De heer de Lint vraagt, of het soms mogelijk is dergelijke
plannen thuis te krijgen, daar men ze dan beter kan bestuderen.
De voorzitter zegt, dat hij voortaan plannen met tekeningen
e.d. vroeger ter inzage zal leggen voor de raadsleden, terwijl
men ze verder eventueel mee naar huis kan nemen ter bestudering,
vooral bij belangrijke plannen.
De heer de Lint vindt het bouwplan in de Achterstraat een in
grijpend plan, dat de nodige studie vereist. Hij vraagt zich
af of de sloot weggaat, hoe de inrit gemaakt wordt enz.
De voorzitter zegt, dat men niet direkt in details moet treden.
Later komen er nog voorstellen tot grondaankoop en het stra
tenplan. We moeten er een aanlokkelijk geheel van maken, daar
er aan bejaardenwoningen in onze gemeente grote behoefte be
staat, aangezien verschillende bejaarden noodgedwongen naar
elders naar bejaardenoorden trekken.
De heer de Lint vindt het prachtig, dat deze woningen gebouwd
worden, maar een parkeerterrein vlak bij deze woningen vindt
hij bezwaarlijk.
De heer Grootenboer juicht het plan voor de bejaardenwoningen
"b 0 0