- 6 - Mijnheer de Voorzitter, onze vergaderingen worden door U met gebed geopend. Zojuist is door ons de eed uitgesproken, dat God Almachtig ons wil helpen bij ons werk Mijnheer de Voorzitter, door die eed bewijzen wij ook, dat wij diep afhanke lijk zijn van Hem, die alles regeert en bestuurt. Volgens mijn overtuiging kunnen wij niet zonder Hem,die alles regeert en bestuurt, ons werk doen als lid van de raad van onze gemeente. Ik weet niet wat de toekomst ons brengen zal, ook niet voor welke beslissin gen wij geplaatst zullen worden, doch ik hoop Mijnheer de Voorzitter, dat onze gemeente voor rampen gespaard moge blijven, rampen, zoals ons de laatste jaren overvallen zijn, die nog bij een ieder diep in *t geheugen zitten. In diepe afhankelijkheid van Hem, die alles bestuurt, aanvaard ik mijn werk als raadslid, dochs Laat Hem besturen, waken, 't Is wijsheid, wat Hij doet Zoo zal Hij alles maken, Dut g' u verwondren moet. Mijnheer de Voorzitter, ik hoop dat wij onder Uw leiding een voortreffelijke periode tegemoet mogen gaan. Ik dank U. De voozitter hoopt, dat in de nieuwe raadsperiode in grote mate van solidariteit en eendracht zal worden samengewerkt. Er staat veel op het spel - alle hens zullen aan dek moeten zijn De heer A, de Wit heeft vernomen, dat de zwanen beschadigingen hebben aangebracht aan de gewassen in de volkstuintjes en vraagt wat de gemeente voornemens is te doen. De voorzitter antwoordt, dat er verschillende mensen echt gedupeerd zijn, door dat de zwanen gewassen, zoals boontjes e.d., die met veel zorg zijn geteeld, hebben opgepeuzeld. Een afrastering plaatsen helpt niet. De zwanen vliegen er overheen. De gemeen te-werkman heeft de dieren naar de Westdijk gebracht, maar de volgende dag waren ze weer terug. De gemeente zal trachten, via een w.a.-verzekering, de toegebrachte schade te vergoeden. De heer A.A.Kamp vindt het terrein aan de Groenstraat, waarop de 10 woningen moeten worden gebouwd, erg rommelig door de aanwezigheid van een kolenschuur en een opslagplaats van een aannemer. De voorzitter zegt, dat de 10 woningen moesten worden gerealiseerd. Men kon niet wachten tot alles zou zijn opgeruimd. Hopelijk zal het in de toekomst beter worden. Tenslotte vraagt de heer A.A.Kamp hoe het staat met de watersnoodfraude. De voorzitter zegt, dat de adviseur van de gemeente, professor D.Simons, zich hiermede nog steeds bezig houdt. Het voornaamste is, dat er een overeenkomst tot stand komt, die voor de gemeente acceptabel is. In de komende periode zal de raad hierover nog meer horen. De watersnoodfraude is een wond, die wel een litteken zal achterlaten. Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Willemstad van /fA.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1962 | | pagina 39