Door de hierna te noemen politieke partijen werden de volgende stemmenper centages "behaald: 1958 1962 P.v.d.A. 22 36 14 C.H.U. 41 30 - 11 A.R. 25 24 - 1 V.V.D. 12 10 - 2 Tegen de achtergrond van deze volksuitspraken is het op zijn minst gesproken toch wel erg te moeten constateren dat de vertegenwoordigers van A.R. en de C.H.U. niet de konsekwenties blijken te kunnen trekken. Slechts de domme machtsverhouding van 4 zetels tegen 3 heeft bij hen klaarblijkelijk de door slag gegeven bij de te nemen beslissing. Wij zouden de heren er op attent willen maken, dat het hier niet ging om de beoordeling van een voetbaluitslag, doch dat zij met een wel zeer ernstige zaak bezig waren. Dit is toch blijk baar niet tot de gemoederen doorgedrongen. Ware dit wel het geval dan zouden zij anders hebben gehandeld. Naar thans is gebleken is doelbewust een minderheid van maar liefst 36$ uitgesloten. Komt dit misschien omdat de vertegenwoordigers van C.H.U, en A.R. de P.v.d.A. nog steeds als een onkerkelijke partij willen zien gebrand merkt. Dan zij hier verklaard, dat zij dienen te beseffen dat zij 36$ van de bevolking hebben uitgesloten waarvan zeker 33$ wel degelijk kerkelijk is georienteerd. Ook deze kerkelijke mensen hebben zij derhalve het bos inge jaagd. Bovendien moet worden geconstateerd, dat zij van het wezen der P.v.d.A, niets, maar ook helemaal niets hebben begrepen. Omdat wij ons bewust zijn verantwoording verschuldigd te zijn aan al onze kiezers, willen wij daarom verklaren! 1. dat het ons leed doet te moeten constateren, dat het met name van de ver tegenwoordigers van de confessionele partijen hard tegenvalt te moeten ver nemen, dat zij uitsluitend om der wille van een domme machtsverhouding 4 tegen 3 hun democratische beginselen over boord hebben gezet. Wij pro testeren met klem tegen deze verkrachting van de democratie. 2. dat met name deze vertegenwoordigers niet in staat zijn aan te voelen, dat de volksuitspraak van mei j.l. in een geheel andere richting wijst. 3. dat het toch wel zeer betreurenswaardig is - en het dient hier in alle openheid te worden gezegd - dat deze vertegenwoordigers zwaaiend met hun geheiligde principes, welke steunen op het Christendom, hebben gemeend de politiek anders denkende te moeten uitsluiten en geen plaats onder de zon te moeten gunnen. De gekozen oplossing is derhalve een minderwaardige. 4» dat het voortaan dus zo is, dat zij met z'n vieren het beleid wensen uit te maken en dat de 3 mensen van de P.v.d.A. zonder bezwaar van hun kant daarbij aanwezig mogen zijn. 5. Conclusie van dit alles is dat bedoelde vertegenwoordigers: a. Volkomen handelen in strijd met de beginselen van de evenredige vertegenwoordiging b. handelen tegen de duidelijke tendenz van de volksuitspraak met alle konsekwenties van dienj c. duidelijk handelen tegen het gemeentebelang van Willemstad, dat juist in de komende tijd een gemeenschappelijke houding vereist. Gelukkig voor de P.v.d.A, valt te constateren, dat de bedoelde vertegemvoordi- gers nu al bezig zijn de ever 4 jaar te houden gemeenteraadsverkiezingen in gunstige zin voor de P.v.d.A. te beinvloeden.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1962 | | pagina 36