- 8 - Na uitstel is deze nu "bepaald op 5 juli a.s. De zaak heeft zoveel haken en ogen, dat het moeilijk is om na zoveel tijd deugdelijke "bewijzen op tafel te leggen. De heer J.A.Dekkers wijst er nog op, dat de raad toch uiteindelijk zal moeten beslissen. Het college van burgemeester en wethouders kan in deze niet zelfstandig handelen. De heer A. de Wit ziet in het feit, dat de N.V.Grontmij een bepaald bedrag wil betalen, een erkenning van schuld. De voorzitter zegt, dat de N.V.Grontmij inderdaad bepaalde handelingen als fout heeft erkend. c. Wat is de reden, dat de heer J.Kuttschreutter dit jaar niet zijn zelfde standplaats heeft gekregen als vorig jaar d. Zijn burgemeester en wethouders niet van oordeel, dat een standplaats bij de molen meer een belediging lijkt als een standplaatstoewijzing De voorzitter zegt, dat Kuttschreutter voor de kleine wagen steeds dezelfde standplaats heeft gehad, nl. tussen de meerpalen nr. 8 en 9. De heer Kuttschreutter verscheen plotseling met een grote wagen op straat. Uit aesthetisch en verkeerstechnisch oogpunt kan deze wagen geen standplaats krijgen bij de parade. De heer A. de Wit vraagt, of de wagen iets naar de richting van de pa rade zou kunnen worden geplaatst, daar een standplaats bij de molen toch wel erg in een uithoek ligt. De voorzitter antwoordt, dat het slechts een kwestie Tan 30 m. betreft. Iedereen weet bovendien, dat de standplaats bij de molen is. Kuttschreut ter zal er niets minder door verkopen. Spreker dacht, dat de heer Kutt schreutter met de aangewezen standplaats akkoord was gegaan en vindt het niet prettig, dat hier nu weer op gereageerd wordt. Het college van burgemeester en wethouders is van mening, dat de toege wezen standplaats moet worden gehandhaafd. e. Zijn burgemeester en wethouders niet van oordeel, dat men,om de rekre atie te bevorderen, de mensen wat moet kunnen aanbieden, vooral nu door de invoering van de vrije zaterdag de week-enden langer worden en daar door meer rekreatie wordt gezocht De voorzitter beseft, dat men iets zal moeten bieden als men rekreatie- gemeente wil zijn. De heer A. de Wit vraagt, of de bijdrage ad 1,50, die iemand moet betalen tot verbetering van de visstand, algemeen geldt voor het gehele land en of in de gracht wel eens vis wordt uitgezet. De voorzitter antwoordt, dat het een algemene bijdrage is. Het viswater van de gracht is verpacht, zodat men ook nog een vergunning van de pach ter moet hebben, In het verleden is het wel eens voorgekomen, dat er vis werd gepoot, bv. na de watersnood. De heer J.A.Dekkers stelt voor aan de heren Groen te vragen, of zij vis willen uitzetten. De heer G.N. de Lint merkt op, dat de trottoirs wel vlak gelegd zijn, maar tussen de huizen en het trottoir ligt meestal een strook, die niet is aangewerkt.Bij een flinke wind gaat het zand verstuiven. De voorzitter zal hierover spreken met de architekt. Op een vraag van de heer de Lint, hoe het staat met de uitvoering van de riolering, zegt de voorzitter, dat dit plan hopelijk nog dit jaar zal worden uitgevoerd. Ten slotte vraagt de heer de Lint, wanneer de nieuwe woningen in de Jan van Glymesstraat en in Helwijk klaar zullen zijn. We hopen, dat de twee woningen in de Jan van Glymesstraat op 15 juli a.s opgeleverd zullen worden, aldus de voorzitter. De woningen in Helwijk zijn reeds bewoond. Het buitenschilderwerk heeft echter moeten wachten, in verband met de overvloedige regen in het afgelopen najaar.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1961 | | pagina 35