-7-
6
De voorzitter zegt gaarne te willen voldoen aan het ver
zoek van de heer de Wit*De bedoeling is niet het plan door te
drukken, doch zal gaarne een uitspraak van de raad dat deze
aangelegenheid gezamelijk met de drie gemeenten moet worden op
gelost en niet zelfstandig.Het algemeen belang van de gehele
streek is er mee gediend.Het streekbelang dient in het onder
havige geval aldus de voorzitter te worden gesteld boven het
plaatselijk belang.
De heer A.de Wit zegt, dat wanneer de gemeente Dinteloord
nu al aan de touwtjes gaat trekken, straks hetzelfde wordt
verkregenals bij Moerdijk, waar ook drie gemeenten aan de touw
tjes trekken.
Bovendien zullen, aldus de heer de Wit, bij het scheppen
van een behoorlijke werkgelegenheid, de wegen er vanzelf wel
komen.
De heer C.van Sprang had graag meer vernomen over de te
stichten woonkernen.
De voorzitter zegt dat regelmatig door de drie-gemeente
besturen wordt vergaderd, doch het niet mogelijk is alle vragen
te beantwoorden.Persoonlijk zou de voorzitter graag zien, dat
het gehele gebied tussen de Helschehaven en Dintelsas wordt
gereserveerd voor industrieterrein.Met de huidige vervoermid
delen is het niet meer van betekenis of de werkgelegenheid
15 of 20 minuten van de woning verwijderd is.
De heer v.Sprang zegt geheel achter de visie van de voor
zitter te staan.
De heer C.P.Koekoek vraagt ter verduidelijking of het de
bedoeling is, dat thans in principe wordt besloten toe te tre
den tot de gemeenschappelijke regeling en later de gemeenschap
pelijke regeling in zijn geheel wordt behandeld.
De voorzitter beantwoordt het vorenstaande bevestigend on
der mededeling dat de op het onderwerp betrekking hebbende
stukken zullen worden thuisgestuurd ter bestudering.Gaarne zag
de voorzitter dat eventuele vragen of commentaren schriftelijk
worden gedaan en tijdig worden ingezonden aan het college van
burgemeester en wethouders,
De hevjr C.van Sprang zegt dat het moeilijk is ook niet ego-
istisch te worden, om de belangen van Willemstad zoveol moge
lijk naar voren te brengen.
De heer G.N.de Lint zegt dat dit niet nodig is, daar het
huidige besluit een grondslag moet vormen voor verdere samen
werking. Uitgaande van het plan van Pijnaart moet getracht wor
den een regeling te krijgen, waar de drie gemeenten belang bij
hebben.
De heer J.O. Sneep Dzn zegt dat 'Willemstad minder rechten
verkrijgt, doch de deelneming aan de regeling ook gemakkelijker
kan beëindigen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt in principe besloten toe
te treden tot de gemeenschappelijke regeling voor de oprichting
van een industrieschap.
