b. in de vorige vergadering van het college van burgemeester
en wethouders is besproken om de grond te verdelen in volks
tuintjes.Voorkomen moet echter worden dat er opstallen op
de grond worden geplaatst.De bedoeling is het perceel te
verdelen in 8 stukken voor hen, die liefhebberij hebben in
het tuinieren.Br zijn reeds aanvragen ontvangen.De bedoeling
is dat voor het gebruik van de grond een kleine vergoeding
wordt betaald.De bewoners van de bovenwoningen in de Kerk-
ring en zij, die geen tuingrond achter de woning hebben,
hebben voorrang.De uitgifte zal slechts geschieden voor een
Jaar, in verband met de uitruil: voor de aanleg van de Pro
vinciale Weg.
c. ten aanzien van de afrekening van de 20 kruiwagens zal een
onderzoek worden ingesteld;
d. de nieuwe politieverordening is reeds in concept gereed,
doch het opmaken van de index eist nogal wat werk.Inde
eerstvolgende vergadering van de raad zullen kandidaten
worde n gesteld voor nieuwe commissieleden.
e. de sekretaris en ik zijn gisteren bij Prof. Simons geweest
met de mandaten en de daarbij behorende bijlagen. Om alles
v/eer te completeren was veel tijd nodig en Prof. Simons begon
al wat ongeduldig te worden.Het is echter moeilijk een con
clusie te trekken omtrent de gepleegde fraude.Prof.Simons
krijgt echter ook uit andere bronnen nog inlichtingen, waar
omtrent thans geen mededelingen kunnen worden gedaan.Binnen een
een week kan een staat van de gefraudeerde lonen worden ver
wacht. :r. Prof.Simons kan zonder de bewijsstukken niets
doen.
De heer de Wit vindt het niet gereed hebben van de stukken
een verzuim, want daardoor is de procedure, te voeren door
Prof.Simonsvertraagd
De voorzitter zegt dat van dat verzuim absoluut geen sprake
is, daar eerst getracht is met de N.vlGrontmij tot een vergelijk
te komen.Nu dat niet gelakt is moeten alle bewijsstukken op ta
fel komen, wat nogal wat tijd vergt.
De heer A. de Wit vraagt hoe het college van burgemeester en
wethouders denkt te handelen nu de Raad van State het beroep
schrift van de gemeente niet-ontvankelijk heeft verklaard.
De voorzitter zegt dat de Grontmij. N.V. nu voor deze bedra
gen zal worden aangesproken.
Vervolgens vraagt de heer De Wit wanneer het bekende wit
boek zal komen.
De voorzitter zegt geen kans te zien een witboek samen te
stellen, wat de heer de Wit dóet opmerken dat met het vertrek
van de burgemeester ook het toegezegde witboek vertrokken is.
De voorzitter zegt geen toezegging te hebben gedaan een
witboek te laten verschijnen en het bovendien geen besluit is
van het college van burgemeester en wethouders.
Verder vraagt de heer A.de Wit of bij de Wed. G. Oosters in de
Achterstraat de daarliggende rommel wordt opgeruimd.
De voorzitter zegt dat deze zaak de aandacht heeft van het
college van burgemeester en wethouders.