5 augustus 1958
Bovendien is in artikel 6,2e lid der woningwet impera
tief "bepaald, dat een bouwvergunning geweigerd moet worden
indien het bouwplan afwijkt van een goedgekeurd plan van
uitbreiding.
Bovendien aldus het college van burgemeester en wethou
ders mag de op enige afstand staande houten veestallen te
zamen met de te bouwen woning niet aangemerkt worden als een
bedrijfje.
De heer K.Verhagen zegt, dat, wanneer het bouwplan in
strijd is met het uitbreidingsplan de beslissing niet
moeilijk is.
De heer G.N.de Lint zegt het voorstel van het college
van burgemeester en wethouders te betreuren, daar boerderijer
in de kom der gemeente worden uitgekochtterwijl een bedrijf
dat buiten de kom wordt gesticht niet toegestaan wordt.
Spreker adviseert de gevraagde vergunning te verlenen,
daar het de bedoeling is in de toekomst een schuur bij te
bouwen
Het saneringsplan zal toch eveneens grote aandacht
schenken aan veehouderijen en boerderijen.
De voorzitter zegt dat de heer de Lint zich vergist daar
het de bedoeling is een aparte woning te bouwen wat in strijc
is met het uitbreidingsplan. Bij de uitvoering van het
saneringsplan zal getracht worden eerst de veehouderijen
uit de kom der gemeente te laten verdwijnen.
De heer G.N.de Lint zegt dat in het uitbreidingsplan
staat woning,schuur etc. Tussen de genoemde gebouwen staat
een komma waaruit geconcludeerd moet worden dat ook een
alleenstaande woning mag worden gebouwd.
De voorzitter zegt dat een villa geen agrarisch bedrijf
kan worden genoemd.
De heer G.N.de Lint merkt op dat in het onderhavige
geval wel van een agrarisch bedrijf kan worden gesproken
daar eerst de woning wordt gebouwd en over enkele jaren de
schuur.
De voorzitter zegt dat het noodzakelijk is dat woning
en schuur gelijktijdig worden gebouwd,wat de heer de Lint
doet opmerken,dat de bouwer door dit bepaalde wel eens in
moeilijkheden kan worden gebracht.
De voorzitter stelt dat nimmer zekerheid bestaat of de
schuur zal worden bijgebouwd.Veronderstel,aldus de voorzit
ter, dat de heer Maat gaat emigreren en de woning verkoopt
aan een ambtenaar van de Deltadienst, dan blijft de villa
alleen staan en wordt er geen schuur bijgebouwd.
De heer G.N.de Lint zegt alle bouwvoorschriften onprak
tisch te vinden, als dergelijke bepalingen worden opgenomen.
De voorzitter zegt dat mensen geen wetten boven zich
wensen, maar de raad gehouden is aan het uitbreidingsplan.
-Mocht-