WIJZIGING SALARIS-
WI^]
VERORDENING.
VASTSTELLING KIN-
DERBUSLAGVERORDENI
INTREKKING VERORDE
NING HERRING OPCEN
TEN HOORDSOM GROND'
BELASTING.
VOORLOPIGE VASTSTE
LING UITGAVEN OPEÏP
BAAR LAGER ONDERWIJ
OVER "19537
- 7 -
28 januari 1957,
De voorzitter zegt dat hij juist daarom niet kan
begrijpen dat burgemeester en wethouders door leden van dè
raad nimmer over de gang van zaken opmerkzaam is gemaakt,
hetgeen uit de notulen blijkt. Wel is eens geïnformeerd haar
kruiplanken, kruiwagens, damwand en herstel suatiesluis.
Waarom is, aldus de voorzitter, geen bezwaar gemaakt bij het
verlenen van de opdracht op 28 februari 1953. Ook de raad is
verantwoordelijk voor deze gang van zaken en het college van
burgemeester en wethouders geit dus geen verwijt.
De heer A. de Wit zegt dat hij geen bezwaar kon ma
ken, omdat het uiteindelijk aan Willemstadse aannemers werd
opgedragen en de raad geen verwijt mag worden gemaakt, omdat
nimmer nota's ter inzage zijn gegeven.
Spreker zegt echter over dit onderwerp te willen
stoppen en vraagt inlichtingen over het opgenomen alsnog te
betalen bedrag aan de Diaconie der Ned. Herv. Gemeente.
De voorzitter zegt dat dit bedrag een premie is,
volgens de premieregeling woningverbetering en-splitsing,
hetwelk in 1954 is uitbetaald.
Vervolgens vraagt de heer A.de Wit naar een bedrag
van f. 7000, welk bedrag verantwoord zou zijn op de bouw
van de brahdweergarage.
De voorzitter antwoordt dat genoemd bedrag betrek
king heeft op de gebouwde walmuur naast de brandweergarage.
Tot slot vraagt de heer A.de Wit naar verantwoor
de reiskosten op de post van de gebouwde Scandinavische hou
ten woningen.
De voorzitter antwoordt dat deze reiskosten be
trekking hebben op een bijgewoonde bespreking over de z.g.
geschenkwoningen. Gedeputeerde Staten wensen dit bedrag ver
antwoord te zien op hoofdstuk II.
De heer G,N.de Lint adviseert hieraan niet te
voldoen, daar het onoverzichtelijker is, wanneer de reiskos
ten bij het desbetreffende object wordt verantwoord.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten tot wij
ziging van de gemeente-rekening, dienstjaar 1953.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten tot wij
ziging van de salarisverordening.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten tot het
IG.vaststellen van een kinderbijslagverordening.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten tot in
trekking van het besluit van de raad van 16 november 1956
;zijnde de verordening op de heffing van opcenten op de hoofd
som der grondbelasting.
Ingevolge art.55ter der Lager-onderwijswet 1920
;wordt zonder hoofdelijke stemming besloten tot voorlopige
'vaststelling van de uitgaven van het openbaar gewoon lager
onderwijs over 1953 groot f.2303,54, zodat de kosten het be
schikbaar gestelde met f.426,87 overschrijden.
N. S. 17192 II