HUURVERHOGING
WON IN GWETWON IN GEN
- 2 -
1. Idem van 23 augustus 1957,afd.fin.B.B.no.10901houdende
mededeling dat op het verzoek om verhoging van de uit
komst per inwoner van de algemene uitkering uit het
gemeentefonds afwijzend is "beschikt;
m. Idem van Gedeputeerde Staten van 31 juli 1957.G.no68194
IIIB afd.houdende machtiging voor het doen van uitgaven
voor 1957 tot 3/4 van de goedgekeurde "bedragen voor
1956;
De heer G.N.de Lint zegt dat het hem "bevreemdt dat de
rekening dienst 1953 is vastgesteld terwijl de raad bij de
voorlopige vaststelling de watershooduitgaven hadden uit
gezonderd.
De voorzitter zegt dat Gedeputeerde Staten met de beslis
sing van de raad geen rekening hebben gehouden.De raad had
dit kunnen weten, aldus de voorzitter, daar de secretaris
tevoren nog heeft gewaarschuwd.
De heer G.N.de Lint vraagt of Gedeputeerde Staten op de
hoogte waren met de beslissing van de raad waarop de voor
zitter bevestigend antwoordt, daar een uittreksel uit de
notulen aangaande het verhandelde in deraad wordt meege
stuurd.
Door de minister van volkshuisvesting en bouwnijverheid
is bij circulaire van 5 juli 1957 afd.won.bouw no.M.G.57-8
medegedeeld dat de huren van de woningwetwoningen ingaande
4 augustus 1957 met 25% moeten worden verhoogd.
De heer K.Verhagen zegt dat er na toepassing van verho
ging nog een groot verschil is tussen de huren van de ver
schillende complexen b.v. 18 en 15 woningen.
De voorzitter antwoordt dat de 15 en 18 woningen zijn
gebouwd op de Verminderde Bijdrageregeling 1950 I.Volgens
de letter van de circulaire hadden deze woningen niet ver
hoogd behoeven te worden, doch om het huurverschil enigzins
te verkleinen is de verhoging toch toegepast.
De heer D.van de Ree vindt dat de huren van de duplex-
woningen abnormaal hoog worden in vergelijk met de 15 en 18
woningen
De voorzitter zegt dat in de huur van de duplexwoningen
een bedrag van 50% is begrepen om in de toekomst de kosten
te kunnen dekken als van duplexwoningen eengezinswoningen
worden gemaakt.
De heer D.van de Ree vindt genoemde motivering van de
voorzitter goed maar de huidige bewoners zijn de dupe en
zien zich geplaatst voor de betaling van een abnormaal hoge
huur.
De voorzitter zegt dat de bouw van duplexwoningen nood
zakelijk waren om de woningnood te kunnen lenigen.
De heer J.A.Dekkers is van oordeel dat de huur van de
duplexwoningen goed is, doch de huur van de 15 en 18 woning
en te laag is en een optrekking van de huur van laatstge
noemde woningen een oplossing zou kunnen brengen.
De heer D.van de Ree vraagt verder waarom de huur van de
15 en 18 woningen niet met eenzelfde bedrag is verhoogd
waarop de voorzitter antwoordt dat uitgegaan is van de in
middels door de minister van volkshuisvesting en bouwnijver
heid vastgestelde definitieve huur.
- De huur -
N. S. 17192 II