- 16 t 28 januari 1957 Tot slot zou de heer A.de Wit gaarne worden inge licht over een aan P. den Hollander geschreven kwade "brief, "betreffende een overgenomen geyser met "bad van mevrouw N. Stam-van der Linden- De voorzitter zegt dat de heer en mevrouw den Hol lander met mevrouw Stam waren overeengekomen van haar enig meubilair en een geyser met "bad over tenemen. Nadat overeen stemming is "bereikt tussen "beide partijen heeft de heer den Hollander hiervan mededeling gedaan aan de voorzitter. Daar spreker meende dat de heer den Hollander het gehele "bedrag niet ineens kon betalen, stelde hij voor de be taling wekelijks af te lossen bij de huurinning, doch de beta ling leverde geen bezwaren op. Teneinde hen nog zoveel moge lijk tegemoet te komen, werd overeengekomen dat de betaling aan mevrouw Stam in twee termijnen zou plaats hebben. Aan de herhaalde malen gedane verzoeken de overeen komst ten gemeentehuize te ondertekenen, werd door de heer den Hollander niet voldaan, totdat het college van burgemees ter en wethouders hem een brief schreven en hij des anderen daags ten gemeentehuize verscheen. Ten gemeentehuize deed hij mededeling van het feit dat hij aan mevrouw Stam f. 65,heeft betaald voor het o- vergenomen meubilair, doch het bad in geen geval wenst te kopen en wat de geyser betreft hieromtrent nog overleg wenst te plegen met mevrouw Stam. De voorzitter heeft zich afgevraagd wat de fout is in dit geval en zegt tot de conclusie te zijn gekomen, dat hij de mensen te graag helpt. Spreker hoopt in 1957 op een andere wijze aan het werk te gaan en zich met dergelijke zaken niet meer zal bemoeien. De heer A.de Wit zegt dat degene die gaarne wensen te verbouwen, alles voor hun risico is en de opvolgende huurder niet kan worden verplicht hierin een bijdrage in de verbouw- ingskosten te verlenen. De voorzitter antwoordt dat de opvolgende huurder het niet verplicht is, doch men wel verplicht is, datgenen wat overeengekomen wordt, na te leven. Spreker geeft toe dat het gemeentebestuur met de onderhavige privaatrechtelijke aan gelegenheid geen bemoeienissen behoeft te hebben, doch een en ander wordt gedaan, ten bate van beide partijen. De heer A.de Witmerkt nog op dat de geschenkwoningen zijn toegewezen door het Nederlandse Roode Kruis, welk gezegde de voorzitter echter ten stelligste bestrijdt. Niet het Ned. Roode Kruis, maar het college van burgemeester ven wethouders wijst de woningen toe. Bovendien heeft genoemd college nooit en te nimmer de daarvoor gestelde voorwaarden ondertekend. Het is zelfs al zover, aldus de voorzitter, dat het !Ted. Roode Kruis, de geschenkwoningen, thans bewoond door de leer A.van der Welle wenst toe te wijzen, alsmede één der wo- aingen ten behoeve van de ouden van dagen in de Grimhoek aan Ie weduwe Hollemans, hetgeen gebleken is uit een telefonisch onderhoud met generaal van der Kroon. Spreker zegt aan generaal van der Kroon te hebben geantwoord dat hij maar rustig de voorstellen van het college /an burgemeester en wethouders moet afwachten. N. S. 17192 II

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1957 | | pagina 16