PROPAANGAS-
VOORZIENING.
- 10-
28 januari 1957.
De heer A.de Wit zegt, dat het sportterrein thans
is geprojecteerd op de juiste plaats. Spreker vraagt echter
of er geen bouwgrond meer is gelegen üaags de Polke Bernadot-
telaan, waarop de voorzitter ontkennend antwoordt.
De heer G.N.de Lint kan het niet erg sociaal vin
den, dat goede cultuurgrond in een uitbreidingsplan wordt
opgenomen, terwijl er binnen de wallen nog voldoende grond
gelegen is. Bovendien behoeven dan geen straten te worden
aangelegd er behoeft geen onteigening plaats te vinden en
het geheel is veel goedkoper.
Op de wijze, zoals thans het uitbreidingsplan wordt
gewijzigd, wordt er met 2 maten gemeten.
De voorzitter kan de mening van de heer de Lint
niet delen. Er staan in Willemstad nog tientallenkrotten en
het is een eerste vereiste dat deze mensen zo spoedig moge
lijk een behoorlijke woning kunnen gaan bewonen.
Het is slechts mogelijk te onteigenen, door middel
van een bij de wet vastgestelde uitbreidingsplan. Op welke
wijze er onteigend wordt, het blijft naar de mening van de
voorzitter, aantasting van eigendomsrechten. Spreker zegt
dat diegene, van wie de grond benodigd is, voor woningbouw,
de hoogst mogelijke vergoeding zullen ontvangen.
De heer G.N.de Lint is van mening dat de aantasting
van de eigendomsrechten in één richting gebeurt, daar de
bescherming van de burgereigendommen, geschiedt ten koste
van de agrarische bedrijven.
De voorzitter deelt nog mede dat het in voorberei
ding zijnde Deltaplan voor Willemstad grote mogelijkheden
biedt.
De ontwerp-wijziging, bestaande uit een nauwkeurige
uitgewerkte kaart en een verordening, regelende de bestem
ming van de in het uitbreidingsplan gelegen gronden, wordt
met algemene stemmen aangenomen, met uitzondering van de
heer G.N.de Lint, die geacht wordt te hebben tegengestemd.
Burgemeester en wethouders leggen aan de raad over
een definitieve offerte van de N.V.Imbema terzake van de
aanleg van een propaangasinstallatievergezeld van een op
gave van de totale door de gemeente te verrichten investe
ringen, een exploitatierekening en een grafiek, aangevende
een kostenvergelijking tussen butagas in flessen en propaan-
gas.
Gerekend kan worden op 230 aansluitingen, doch daar
enige prijsverhogingenparten spelen, wordt het door de gemeen
te te investeren bedrag geraamd op f. 122500,
Indit bedrag zijn begrepen de kosten van grondaan-
koop f. 1000,van de propaangasinstallatie en een be
drag van f. 5000,voor het herstel van het breekwerk in de
aan te sluiten percelen.
Aanvankelijk was de N. V! Imbema uitgegaan van een
rentepercentage van 3"è$, doch*thans is dit percentage opge
voerd tot 4-4$.
Uit de aan de raad overgelegde grafiek, aangevende
de kostenvergelijking tussen flessengas en propaangas,blijkt
dat de ongunstige factoren, bestaande uit prijsverhogingen
en stijging van het rentepercentage, praktisch geen invloed
hebben gehad.
Voor een groot deel is dit te danken aan het feit,
N. S. 17192 II