BOUW WONINGEN.
HERSTEL HAVENBE-
BESCHOEIING
WIJZIGING BEGRO
TING, DIENST 1936.
BEDRAG PER LEER-
LING(ART.55bis L.
OY/ET 19207
61o VERHOGING SALA-
RISSEN AMBTENAREN,
-3-
28 september 1956,
In de Grimhoek zullen 4 woningen worden gebouwd en
in de Molenpad 2De bestekken en tekeningen voor de wonin
gen in de Grimhoek zijn reeds gereed.
De heer G.N. de 'Lint zegt, dat hem uit de tekening
gebleken is, dat het front van de woningen in de Grimhoek
naar het N.W. is geprojecteerd.
De voorzitter zegt dat inmiddels een verbeterde te
kening is gereed gekomen en het front van de woningen daar
op naar het Z.O. is geprojecteerd.
Vervolgens vraagt de heer G.N. de Lint naar de in
houd der woningen, waarop de voorzitter antwoordt dat de
inhoud van de in de Grimhoek te bouwen woningen 240 M3 be
draagt en van de woningen in de Molenpad 260 M3.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten tot de
bouw van 6 woningen n.l. 4 in de Grimhoek en 2 in de Mo
lenpad en hiervoor een crediet beschikbaar te stellen vam
f. I3O.OOO,
De beschoeiing rond de haven verkeert in een desai-
late toestand. Dit geldt zowel voor het gemetselde gedeel
te, als voor het in hout uitgevoerde gedeelte.
Omdat de bestrating langs de huidige beschoeiing re
gelmatig verzakt, staat het vrijwel vast, dat de fundering
van de beschoeiing onderloops is, zodat gerekend moet wor
den met het feit, dat ook de fundering vernieuwing vereist.
De kosten van het aanbrengen van een beschoeiing
met stalen damwand worden geraamd op f. 230.000,
Voor het geval van de rijksdienst voor de monumenten
zorg ernstig bezwaar wordt gemaakt tegen stalen damwand,
kan het werk ook in beton met metselwerk worden uitgevoerd.
Tussen de 2 vormen van uitvoering bestaat nagenoeg geen
verschil.
Bovendien is gedacht aan de aannemers in Wil
lemstad, omdat door hem het metselwerk moet worden uitge
voerd.
De heer G.N. de Lint zegt dat bij weinig verschil
in de kosten het mooiste dan moet worden uitgevoerd.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten tot het
vervangen van de havenbeschoeiïng en hiervoor een crediet
beschikbaar te stellen van f. 230.000,
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten tot wijzi
ging van de begroting voor het dienstjaar 1956.
Het bedrag per leerling, als bedoeld in art. 55bis
der Lager-onderwijswet 1920, wordt voor het jaar 1957. zon
der hoofdelijke stemming vastgesteld op f. 38,75 per leer
ling.
Ingevolge een circulaire van de minister van bim-
nenlandse zaken mogen de salarissen van de ambtenaren met
6fo worden verhoogd, met ingang van 1 september 1956
Het georganiseerd overleg heeft echter geadviseerd
de 6$ salarisverhoging te doen ingaan op 1 juli 1956.
Daar door vele gemeenten de 6$ verhoging reeds van
af 1 juli 1956 is verleend, wordt het gewenst geacht, een-
zelf^de gedragslijn te volgen.
De heer K.Yerhage zegt, dat hij gaarne als ingangs
datum 1 januari 1956, had gezien.
- zonder -
1 r
N. S. 17192 II
