3. 5. 6 7. 6. 9. RONDVRAAG. - 10 - 27 april 1956. if. lid maatschappij "Nutvan't ülgemeen. lid muziekvereniging "O.B.K.". lid zangvereniging "Som nu met sangh". lid stichting bevordering culturele leven, lid Bond van Plattelandsvrouwen. lid-Bond van Ouden van Dagen, maatschappelijk werkster, lid. De heer K. Verhagen vraagt, of aan hetlidmaatschap van deze commissie nog presentiegeld verbonden is. De heer A. de Wit vraagt, of de voormalige schuur-van Kruisbeek in de toekomst wordt gesloopt, of deze schuur een bergplaats blijft voor materialen, waarvoor zij bij uitstek g0g chikt is. De heer K. Verhagen vraagt, of genoemde schuur kan wordei verbouwd tot ontspanningslokaal. De voorzitter zegt, dat de schuur in de toekomst zal worden afgebroken, daar er niets meer van te maken is. De heer D. van de Ree vraagt, of er al iets bekend is omtrent het sportterrein. T De voorzitter zegt, dat na een bespreking met ir kagrij besloten is het sportterrein op de oude plaats te handhaven en dus tot onteigening van de grond van de heer H.S. Maris moet worden overgegaan. Hierdoor zal de aanleg van het sport terrein zeer zeker worden vertraagd. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten 'col instel ling van vorenstaande commissies. De heer K. Verhagen vraagt, of het mogelijk is woningen te bouwen voor ouden van dagen, die elders in een tehuis voor ouden van dagen worden verpleegd. De voorzitter zegt. dat dit onderwerp reeds geruime tijQ een punt van bespreking is en vraagt, of de vergadering er mee instemt dit punt na de vergadering te bespreken. Vervolgens vraagt de heer h. Verhagen^ of de voormalige openbare lagere school in orde kan werden gemaakt voor hen die 65 jaar en ouder zijn, om in dat gebouw dan, evenals in Zevenbergen, enige ontspanning te kunnen vinden. De voorzitter zegt ervan overtuigd te z|jua, dat er voor deze mensen iets moet komen, maar spreker vindt het een be zwaar voor de voormalige openbare lagere school nog kosten te maken. Er kan beter gewacht worden op het bejaardencentrum, wata in dan automatisch een recreatiezaal aanwezig is. De heer A. de Wit vraagt, of de sloot inde Molenpad kan worden gedempt door arbeiders, die werkzaam zijn door midde van de G.S. regeling. De voorzitter zegt, dat een dergelijk besluit re ds eerder is genomen, doch de belanghebbende bewoners het ver tikken antwoord te geven aan het College van Burgemeester en wethoudersge d±sQuss±e wordt besloten de gemeente-architect opdracht te geven een begroting van kosten te doen samen stellen van het dempen der sloot. - de - N. S. 17192 li

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1956 | | pagina 23