- 7 -
5 Mei 1955.
Uit de wereldgeschiedenié "blijkt echter dat dit hoge dier
bare goed aan millioenen ontbroken heeft. Duidelijk blijkt
dan ook dat de vrijheid een broos bezit is.
Ik meen wel te kunnen zeggen dat er geen enkele periode is
te noemen, waarin niet de roep, het verlangen naar vrijheid
gehoord werd, of door de enkele mens of door stammen of
volken gezamelijk.
Het zijn uitingen geweest in allerlei toonaarden en op veler
lei wijzen, waarin de aard van de vrijheidsbeneming,
slavernij of onderdrukking steeds valt waar te nemen.
Geweend is er om verloren vrijheid;
Gefluisterd over mensonterende banden;
Gescholden, gevloekt op onderdrukkers en Gedemonstreerd
voor de vrijheid en tegen de vijand.
Het oude volk van Israël weende om de gevangenschap aan de
rivieren van Babel. Het verlangen naar vrijheid, naar de
terugkeer tot het eigen land uitten zij in de woürden "Indiër,
ik U vergeet, 0 Jeruzalem, zo vergete mijn rechterhand zich-
zelve"
De Germaanse hoofdlieden slingerden, - om met Multatuli te
spreken - hun klewang wettende krijgszangen in de gemoederen
van hun landgenoten die door Romeinse overheersers werden
onderdrukt
Vele eeuwen later fluisterden Amerikaanse negerslaven el
kaar het verlangen naar vrijheid toejï, terwijl zij op de
alavènmarkten als vee werden verhandeld.
In de laatste wereldoorlog openbaarde zich de roep en het
verlangen om de vrijheid op velerlei wijze,door de groet
mat Churchill's V-teken, door het dragen van kleine kenteken
en, enz. Machtig klonk de oproep om de verloren vrijheid te
herwinnen via geheime of verboden radiozenders. Hartstochte
lijke aanmoedigingen om het vrijheidsprincipe trouw te zijn
bereikten duizenden door middel van de illegale bladen.
Vrijheid, een stuk van de edelste geestkracht en volskracht.
En toch alle eeuwen door de roep, het verlangen naar vrij
heid.
Waarom ontbreekt het dan in de wereld van vroeger en ook in
die van vandaag aan zovelen nog aan dat hoogste goed van de
vrijheid?
Waarom krommen zich nog millioenen mensen onder het slaven
juk, in welke vorm dan ook?
Er is maar één antwoord op deze vraag.
Omdat er zo weinigen zijn die leven en streven naar het
werkelijke vrijheidsbeginsel, omdat vrijheid maar al te vaak
een groot woord is en geen daad.
Want vrijheid is geenszins het doen en laten op eigen inge
ving of goeddunken. Dat toch is de meest strakke gebondenheid
aan het egoisme dat de mens gevangen houdt in eigen luim en
gril en leidt tot breideloze passie.
Deze valse vrijheid is louter inbeelding.
De mens heeft door het feit dat hij een redelijk wezen is
en een bepaalde aanleg in zich draagt een hogere bestaansorde
Maar bestaan betekent altijd ook: in verhouding staan tot.
De mens wordt uit - en in de gemeenschap geboren. Krachtens
zijn aanleg en het feit dat hij een redelijk wezen is heeft
de mens duseen dienende taak in de gemeenschap.
Daarom moet de waarachtige menselijke vfijheid in de eerste
plaats gebonden zijn aan bezinning en redelijk overleg.
Ware vrijheid betekent verband, binding.
De valse zoekt haar centrum in zichzelf.
Ik las ergens deze mooie omschrijving van de ware menselijke
vrijheid.
- De -