KROTOPRUIMING.
1 April 1955.
vrijwillige brandweer, welke regelen aan de goedkeuring
van Gedeputeerde Staten zijn onderworpen.
Voornamelijk moet aandacht worden besteed aan:
het materiaal, de bluswatervoorziening, de brandmelding,
de alarmering van het personeel, de personeelssterkte,
rechtspositie, kleding en uitrusting, oefening en beheer.
De voorzitter merkt op dat de ontwerp-verordening
nog verscheidene hiaten vertoont. Hij zou echter de mening
van de raad willen horen om daarna het ontwerp opnieuw in
de vergadering van Burgemeester en wethouders te behandelen.
De heer A.de Wit acht de artikelen 6 t/m 12 de
voornaamste. Hij vraagt vooral aandacht voor de bluswater*-
voorziening en de controle op de waterwinplaatsen.
De voorzitter zegt dat de verordening na aanvul
ling opnieuw in de raad ter tafel zal worden gebracht.
Burgemeester en wethouders hebben uitvoerig ge
sproken over de krotopruiming. Enkele krotten zijn al op
geruimd (o.a. aan Bovensluis, Helsendijk en Bovenkade). Het
college van burgemeester en wethouders willen graag meer
aandacht bésteden aan het krottenprobleem.
De voorzitter heeft gesproken met de Hoofdingeni
eur-Directeur van de Volkshuisvesting en deze wilde graag
zijnmedewerking hieraan verlenen.
De heren Hartmans en Stam hebben een lijstje sa
mengesteld van krotten, die het eerst voor opruiming in
aanmerking komen. De heer Stam heeft enxkele dagen betteed
aan het opnemen van deze woningen.
De voorzitter leest het rapport voor van de heer
Stam.
Bijgaand gelieve U college aan te treffen 17 stuks
woningonderzoekstaten inzake diverse panden in Uw gemeente.
Tot mijn spijt zijn bijgaande staten nog niet vol
ledig ingevuld, daar mij hiervoor de nodige tijd ontbreekt.
Om Uw college echter een behoorlijk overzicht te
geven, kan dit m.i. ook in dit schrijven samengevat wor
den.
Deze woningen dan hebben alle grotere en kleinere
gebreken b.v.
slechte vloeren, nsb of vochtig, slechte of onvol
doende slaapplaatsen, W.C.buiten (sommige zeer slecht) of
nietaanwezig, geen keuken, of iets wat op een keuken lijkt,
gescheurde buiten- en binnenmuren, over het algemeen bouw
vallig
van de bijgaande woningonderzoekstaten, zijn dit
de voornaamste gebreken.
Tevens gaat hierbij een exploitatie-opzet, voor hen
die zelf een krot bewonen en met gebruikmaking van Premie
regeling 1953 een woonhuis wil bouwen.
Mocht Uw college accoord gaan tot 5onbewoonbaar ver
klaring van de hier bijgaande woningonderzoekstaten, dan
moge ik U beleefd verzoeken mij hiervan op de hoogte te
stellen.
-Voorlopig-
N. S. 17192 II