23 September 1954
dencentrum in Raalte bezocht en dat is in één woord af.
In die geest zal het bejaardencentrum in Willemstad ook
worden gebouwd, n.l. een eigen woning, een eigen leven en
toch de nodige hulp beschikbaar.
Vervolgens vraagt de heer A.de Wit waarom de aangeschafte
grasmaaimachine niet door een leverancier uit Willemstad is
geleverd.
De voorzitter zegt, dat dit niet mogelijk was, omdat de
levering geschiedde uit een dealer.
Hetzelfde doet zich voor met de brandweerauto, doch uit
eindelijk is het toch gelukt, dat deze levering via de heer
M.C.de Vos geschied.
Ten aanzien van de brandweerauto deelt de voorzitter mede
dat het wachten is op de laatste offerte. De inspecteur van
het brandweerwezen heeft zijn toestemming voor de plannen
reeds verleend, zodat de verwachting is, dat er over een
half jaar een nieuwe brandweerauto zal zijn.
Tenslotte merkt de heer A.de Wit op, dat de vloeren in de
duplexwoningen in de Willem de Zwijgerstraat geheel door
zwam verteerd zijn en vraagt of hier iets aan te doen is.
De voorzitter zegt, dat het college van burgemeester en
wethouders hiervan op de hoogte is en grote zorgen geeft,
daar dit euvel ook in andere woningen voorkomt.
Er zullen proeven worden genomen om te kunnen nagaan hoe
dit opgelost kan worden.
De heer G.N.de lint vraagt of het al bekend is wanneer de
waterleiding voor de bewoners van de Noord-Langeweg zal wor
den gelegd.
De voorzitter zegt reeds viermaal daaromtrent een bespre
king te hebben gehad met het bestuur van de waterleiding
maatschappij. De watersnood heeft echter alles in de war ge
stuurd.
De heer G.N.de Lint zegt, dat de waterleiding in de Noord-
Langeweg vanaf de Steenpad kan worden aangesloten.
De voorzitter zal het vorenstaande wederom ter sprake
brengen.
De heer G.N.de Lint zegt een rapport te hebben ontvangen
en hieruit blijkt, dat 48$ van de woningen op het platteland
nog niet zijn aangesloten.
De voorzitter vraagt aan de heer de Lint het rapport ter
inzage om na te gaan of daarin nog steekhoudende argumenten
staan vermeld, waarop de heer de Lint antwoordt niet te we
ten of hij het nog bezit, daar het niet uitgesloten is het
rapport te hebben opgeruimd.
De heer H.Grootenboer zegt, dat er vanaf de dag van de
stormvloed in de singel gevelde bomen liggen en nog steeds
niet zijn opgeruimd.
De voorzitter zegt hierover reeds te hebben gesproken met
de correspondent van de stichting "Menno van Coehoorn", de
heer W.Maris en er is overeengekomen, dat de bomen zullen
worden gebruikt voor de verwarming van het gemeentehuis.
Vervolgens vraagt de heer H.Grootenboer of het bekend is,
wanneer de kleuterschool gereed zal zijn.
De voorzitter zegt, dat dit niet bekend is. Dat alles zo
lang duurt komt, omdat er geruime tijd moet worden gewacht
op de geschonken vloeren van het Zweedse Rode Kruis.
De school mag echter niet worden betrokken alvorens deze
helemaal gereed is.
Tenslotte brengt de heer H.Grootenboer onder de aandacht,
dat de straatlantaarn in de bocht van de Steenpad nabij de
zes woningen zeer verleidend is voor het verkeer.
-De-