-11-
23 September 1954
daar er de eerste twee jaren geen werkloosheid is te ver
wachten.
Het zal echter wenselijk zijn de mening van de inspec
teur van de volksgezondheid te vragen of deze functionaris
het nodig oordeelt, dat het plan met spoed wordt uitgevoerd.
De voorzitter zegt niet ongenegen te zijn de desbetref
fende uitgaaf te ramen in de begroting 1955, waarmede de
raad instemt.
De heer J.A.Dekkers zegt, dat het ook mogelijk is het
plan bij gedeelten uit te voeren.
De voorzitter zegt, dat er nu al moeilijkheden gaan ont
staan, daar het college van burgemeester en wethouders graag
zouden zien, dat de sloot achter de openbare lagere school
tot aan de Kazernestraat zou worden gedempt en er een straat
van te maken.
De heer J.A.Dekkers zegt, dat het bestek in twee delen
is gesplitst n.l. de riolering in de kom der gemeente en
daarna de riolering buiten de kom der gemeente, daar de bui
tenriolering een diepriolering is.
De voorzitter zegt bereid te zijn erover te spreken met
de bevoegde instanties.
De heer K.Verhagen vraagt ofl dan gelijktijdig de straten
zullen worden hersteld, waarop de voorzitter bevestigend ant
woordt.
De heer A.de Wit vraagt of het geplaatste bandijzer langs
het gras in de Groenstraat wit geverfd kan worden, daar er
tijdens de duisternis al verschillende mensen over gevallen
zijn.
De voorzitter zegt, dat het bandijzer niet goed staat,
daar het veel te hoog staat en bovendien met een lichtgeven
de verf geschilderd moet worden.
Tevens vraagt de heer A.de Wit of de straatlantaarn aan
het einde van de Groenstraat kan worden verplaatst of een an
dere oplossing kan worden gevonden, daar de lamp geheel tus
sen de bomen staat.
De voorzitter zegt, dat een oplossing gezocht zal worden.
Vervolgens vraagt de heer A.de Wit of de 6welstandsver
hoging ook zal worden toegekend aan hen, die een onderstand
van de gemeente genieten, waarop bevestigend wordt geant
woord.
De heer A.de Wit vraagt of er plannen zijn ontworpen
voor de bouw van 8 woningen.
De voorzitter zegt al dikwijls naar het plan te hebben
gevraagd aan de gemeente-architect doch nog niet heeft ont
vangen. De bedoeling is, dat de woningen in de Grimhoek en
Molenpad zullen worden gebouwd.
Daarna vraagt de heer A.de Wit naar de plannen inzake
de bouw van een tehuis voor ouden van dagen.
De voorzitter zegt, dat de kerkvoogdij der Nederlands^
Hervormde Gemeente bereid is de pastorie te verkopen en de
eigenaren van de belendende woningen zullen worden aange
schreven of zij bereid zijn de woning te verkopen. Aan de
heer D.Krijgh, derde ambtenaar ter secretarie is opdracht
verleend om een rapport samen te stellen over de toestand,
waarin de ouden van dagen momenteel leven. Na het totstandko
men van het rapport kunnen de nodige voorzieningen worden ge
troffen.
Tevens zal worden nagegaan, welke subsidies verkregen
kunnen worden, voornamelijk wat het subsidie per bed betreft.
Door het college van burgemeester en wethouders, de ge
meente-secretaris en de gemeente-architect hebben het bejaar-
-dencentrum-