RONTGrNOLOGISCH
BORSTONDERZOEK
HERSTELLEN MUUR IN
DE ROZEMARIJN
n.s. 17192
- 9 -
26 Juni 1953.
De voorzitter zegt, dat in 1951 het "borstonder
zoek heeft plaats gevonden teneinde een contröle
uit te oefenen op de tuberculose bij de inwoners
dezer gemeente.
Volgens de deskundigen dient dit onderzoek iede
re 2 jaar plaats te vinden, daar het anders geen
zin heeft. Er wordt een bedrag van f. 800,nodig
geacht, waarbij dan reeds rekening is gehouden met
de bijdrage door de draagkrachtige inwoners ad.
f. 1Daarna zal ieder jaar op de begroting
een bedrag van f. 400,worden geraamd, zodat dan
iedere 2 jaar het onderzoek kan plaats vinden.
De heer H.E.Maris vraagt of het mogelijk is
de weigerachtige inwoners te verplichten.
De voorzitter zegt, dat dit niet mogelijk is,
omdat de Besmettelijke Ziektenwet tuberculose
uitzondert.
Tevens zegt spreker dat hij graag zou zien dat
alle inwoners zich aan het onderzoek onderwerpen
en dat hij van mening is, dat vele mensen wel zullen
komen als ieder lid van de raad daarvoor zijn ui
terste best doet.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten het
gevraagde crediet van f. 800,beschikbaar te
stellen.
De voorzitter zegt, dat tijdens de watersnood
de afscheidingsmuur tussen de eigendommen van de
heer W.Timmers en de Rozemarijn grotendeels is
vernield. Spreker zou het jammer vinden als deze
muur zou verdwijnen en daarvoor een betonnen schut
ting zou terugkeren, die het stadsbeeld geheel zou
ontsieren. Vandaar dat de burgemeester een onder
houd heeft gehad met de eigenaar en deze is bereid
gevonden de muur te herbouwen. De l^ten, die voor
zijn rekening komen, bedragen ongeveer f. 1.600,
na aftrek van de oorlogsschade en de getaxeerde
watersnoodschade. De voorzitter zegt, dat hem der
halve is voorgesteld of betrokkene bereid is de
muur te herbouwen, wanneer hem een bijdrage wordt
verleend van f. 800,terwijl de resterende f.800,-
voor zijn eigen rekening komen. De heer Timmers
heeft zich met deze regeling bereid verklaard,
wat zeer te prijzen is, daar de heer Timmers bij
het bouwen van een betonnen schutting geen geld
behoefde bij te leggen.
De heer A. de Wit zegt zich met het voorstel
van burgemeester en wethouders te kunnen vereni
gen, daar een betonnen schutting een smerig aanzien
zou geven.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten een
bedrag van f. 800,beschikbaar te stellen als
bijdrage aan de heer W.Timmers alhier voor het her
bouwen van de tijdens de watersnood vernielde
afscheidingsmuur in de Rozemarijn.
- 10 -
if