18 Augustus 1950.
De voorzitter antwoordt dat de nieuwe straatver
lichting uiterlijk 14 October a.s. gereed zal zijn
en dan gelijktijdig het lichtpunt in de Achter
straat verbeterd is.
Tevens vraagt de voorzitter de goedkeuring van
de raad voor het kopen van 2 astronomische klokken,
waarvan de kosten f.250,bedragen en welke op
het gemeentehuis zullen worden geplaatst.
Zonder hoofdelijke stemming wordt tot aankoop
van astronomische klokken besloten.
De heer A.P.v.d.Hil vraagt of de brandweer in
het vervolg in orde kan zijn, daar bij een enkele
weken plaats gehad hebbend brandje de brandspuit
defect was en zoiets toch niet mag voorkomen.
De voorzitter is het met spreker volkomen eens
en is zeer teleurgesteld in het gestelde vertrou
wen. Gebleken is dat de accu van de auto leeg was,
wat tevens een bewijs is dat er niet voldoende con
trole wordt uitgeoefend. Eén man is volgens de
voorzitter veramtwoordelijk en dat is de commandant
Er zal echter een bespreking plaats vinden met het
technische personeel van de brandweer.
Vervolgens vraagt dezelfde spreker hoe het staat
met het zwembad, daar het hopeloos is met het aan-
en uitkleden.
De voorzitter zegt dat aan de commissie een sub
sidie is toegekend, doch deze in de war is gebracht
dooh het bouwen van een theehuis door P.A.Wigant.
De stukken betreffende het bouwen van het theehuis
bevinden zich momenteel in Dordrecht. De commissie
is echter bereid om verder te werken, doch hebben
nog geen geld genoeg. Volgend jaar is er een dubbe
le subsidie en dan is het bouwen van badcellen mo
gelijk.
Wat betreft het zwemmen aan de steiger deelt de
voorzitter mede, dat hij zich verschillende malen
persoonlijk heeft overtuigd, doch er nooit iets
onbetamelijks ontdekt heeft. Tevens maakt de voor
zitter een belofte aan de heer A.de Wit goed, door
mede te delen dat de commissie in de winter voor
een vergadering bijeen zal worden geroepen.
De heer H.E.Maris zegt dat het zwemmen aan de
steiger in strijd is met de politieverordening en
voelt er veel voor om de politieverordening te wij
zigen.
De voorzitter zegt dat er volgend jaar een goede
zwemgelegenheid zal zijn en een wijziging van de
politieverordening derhalve geen zin heeft.
De heer H.E.Maris stelt de volgende vragen t.w.:
1e. Is het mogelijk dat op het bij de z.g. koepel
geplaatste bord "niet voor doorgaand verkeer"
wordt vermeld dat het niet voor fietsers geldt.
2e. Het middenpad op de Voorstraat wordt door
vreemdelingen als fietspad gebruikt. Kan er
een aanduiding aangebracht worden?
3e. Op welke afstand mogen mesthopen langs de weg
worden aangelegd? Is hieromtrent een bepaling
in de politieverordening opgenomen?
- 4e -