6 juli 1949.
Uit de aard der zaak en datzjilt U vokomen "begrijpen,
hebèen wij en dan "bedoel ik,meer speciaal het secretarie-
personeel met "belangstelling uitgezien naar de "benoeming
van een "burgemeester en ik mag hier openlijk verklaren
dat wij het bericht van uw benoeming met grote vreugde
hebben ontvangen.
Met stelligheid mag ik U hier de verzekering geven,dat
wij van onze kant alles in het werk zullen stellen om te
komen tot aangename samenwerking en een goede verhouding.
Ten alle tijde zult U op onze volledige medewerking mogen
rekenen. En hoewel onze kennismaking nog maar oppervlak
kig is geweest,magen wij thans reeds het vertrouwen uit
spreken dat ook wij van U alle steun en medewerking mogen
ondervinden.
Wij hopen dat de vervulling van uw ambtelijke taak,
die heden daadwerkelijk een aanvang neemt, U steeds veel
genoegen zal verschaffen en dat Gods zegen daaraan niet
zal ontbreken.
Na eerst de sprekers hartelijk gedankt te hebben voor
hun woorden van medeleven en gelukwensen, sluit de Voor
zitter de vergadering.
"Ha TTrtA»»? 4