4
n.s. 17192 1
3 Mei 1948.
herschatting wordt overgegaan.
De Heer de Lint vraagt of reeds iets bekend is over
de terugbetaling van de zoengelden,welke door de be
zetter werden opgelegd en door verschillende inwonem
der gemeente werden betaald.
De Voorzitter zegt dat daarover nog geen nadere ge*
gevens bekend zijn en het wachten is op een algemene
maatregel van het bestuur.
Verder vraagt de Heer de Lint naar de aanleg van een
waterleidingnet over de Oostdijk.
De Voorzitter deelt mede dat de materiaalpositie
nog steeds onvoldoende is
De Heer de Lint wijst echter op de Noord-Oost polder
waar het buizennet met kilometers werd uitgebreid.
De Voorzitter zegt dat hem als Commissaris van de
Waterl.MAj gebleken is dat de hoeveelheid materialen
nog steeds onvoldoende is,en wijst erop dat ook de
gemeente KLundert nog niet gedaam heeft we ten te
krijgen dat Tonnekreek aangesloten wordt op het
wat e r 1 e i d iigie t
Daarna sluit de Voorzitter de openbare vergadering
en besluit de Raad verder in besloten zitting bijeen
te blijven.
De Voorzitter brengt ter tafel de bouw van een brand
weerkazerne en vraagt de Raad aan welke architect
sulks moet worden opgedragen.Volgens spreker is dhr,
de Rooij daartoe in staat voor wat kennis van zaken
betreft.
De Heer de Lint vraagt of het de bedoeling is boven
de ggrage een woning te bouwen.
De Voorzitter bevestigd zulks.
De Raad besluit zonder hoofdelijk stemming de op
dracht daartoe aan dhr. de Rooij te verstrekken.
De Voorzitter zegt daarna dat de nieuwe straat nabij
de kerkring nog geen naam heeft en verziekt de heea?e
ren raadslieden daarover te willem nadenken en in
de volgende vergadering met een voorstel te willen
komen.
De Voorzitter deelt verder mede dat een verzoek bij
B.en W. is ingekomen van dhr L.Braber,administrateur
van het Vleeschkeuringsbedrijf,om verhooging van
zijn jaarwedde alszodanig van f.67»50 tot f.100,-
Zonder hoofdelijke stemming besluit de Raad de ge
vraagde verhooging toe te staan.
Verder deelt de Voorzitter mede,dat B.en W.de Raad
voorstellen aan de leden van de Woonruimteeommissie
een presentiegeld toe te staan van f.2,-per vergade
ring.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de Raad daartoe.
Tenslotte deelt de Voorzitter mede,dat de Comm.der
Koningin bij schrijven van 28 Januari 1948 medege
deeld heeft,dat het niet juist is wanneer een der
Wethouders zitting heeft in de Vorderingscommissie
ingevolge de Woonruimtewet.
B.em W. stellen de Raad voor in bedoelde commissie
inplaats van Wethouder C.Maris,te benoemen Dhr.K.Da
ne, gemeente secretaris. Spreker is echter van meening
dat de Heer Maris wel Voorzitter kan blijven van de
adviescommissie ingevolge de vroonruimte wet.