I
OPENING
VERKEZING WET
HOUDERS
B ESTEMMING
EIGENDOMMEN
BURG/ARMBESTUUI
1.
14 Oct.'46,
VERGADERING VAN DEN RAAD DER GEMEENTE WILLEMSTAD
op MAANDAG 14 OCTOBER 1946,des n.m. 7 uur.
Voorzitter: de Hoogwelgeboren Heer Jhr.Mr.W.F.
Quarles van Ufford.
Secretaris: de heer K.Dane.
Tegenwoordig de heeren:J.A.Dekkers,H.Grootenboer,
G.N.de Lint,C.Maris Czn,P.M.A.Matthee,K.Verhagen en
A.de Wit.
De Voorzitter opent de vergadering en heet de aan
wezige heeren welkom.
Nadat de Voorzitter medegedeeld heeft dat deze
vergadering speciaal belegd is voor de verkiezing
van twee wethouders,leest spreker een circulaire
voor van Ged.Staten der provincie d.d. 8 October
1946,G.nr.766,Ille Afdeeling,houdende mede deeling
dat in een groot aantal gemeenten niet voldaan is
aan de termijn,bedoeld in artikel 35,lid 2, der
gemeentewet. Door deze onjuiste toepassing van de
wettelijke bepalingen is de verkiezing van de wet
houders ongeldig en moet deze opnieuw worden gehou
den. Spreker deelt mede dat dit eveneens in onze
gemeente het geval is en stelt in verband daarmede
voor de verkiezing van de wethouders opnieuw te
doen plaats hebben.
Vervolgens wordt overgegaan tot de stemming.
Bij de eerste stemming behaalt de heer Dekkers 1
stem en de heer Maris 6 stemmen. Bij de tweede stem
ming de heer Maris 6 stemmen en de heer Dekkers 1
stem,zoodat gekozen zijn de heeren Maris en Dekkers.
De Voorzitter verzoekt beide heeren of zij hun
benoeming willen aannemen. Beide verklaren,onder
dankzegging voor het genoten vertrouwen,dat zij
hun benoeming gaarne willen aanvaarden.
De voorzitter deelt mede,dat de raad in zijn ver
gadering van 20 September besloten heeft over te
'gaan tot opheffing van het Burgerlijk Armbestuur,
zonder dat daarbij bestemming werd gegeven aan de
bezittingen van het Burgerlijk Armbestuur,bestaande
uit twee grootboekinschrijvingen van f.1000,- en
een tweetal woningen,welke bij de laatste oorlogs
handelingen zwaar werden beschadigd.
de heer Verhagen vraagt of het mogelijk is dat
de gelden verdeeld worden onder de armlastigen.
de Voorzitter acht dit uitgesloten.
de heer Maris vraagt of de woningen zwaar ziin
beschadigd.
de Voorzitter zegt,dat het zelfs noodzakelijk was
genoemde panden op het onteiggnhmggplan te plaatsen.
de heer de Lint is van meening dat overhevelen
naar particulieren instellingen van weldadigheid
niet toegestaan* is. 6
Ten slotte verleend: de raad B.en ff. machtiging
in overleg met de prov.griffie aan de eigendommen
van het B.A. een zoodanige bestemming te geven,als
noodzakelijk is.
n. s. 17192 1
