6.
Bit voorstel wordt met 4 tegen 2 stemmen verworpen
Voor stemden de heeren J.A.Maris en A.de Wit.
Tegen de overige heeren.
De heer J.A.Marls zegt,dat dus thans ls gebleken,dat de meerder
heid van den Raad. tegen het verleenen van een extra vergoeding aan
de ambtenaren is.
De Voorzitter zegt,dat dit niet juist is. De uitslag van deze
stemming toont aan,dat de meerderheid van den Raad eerst de uitslag
van het onderzoek van het College van Burgemeester en Wethouders
af wil wachten.
De heer A.de Wit zegt,dat in de vorige vergadering ook den Raad
de "toezegging ls gedaan dat Burgemeester en Wethouders de salaris
sen van het ambtenarenpersoneel zouden bekijken.
De Voorzitter merkt op,dat ook dit in voorbereiding is.
De heer A.de Wit zegt,dat de heeren dan toch lang werk hebben en
hij thans een voorstel heeft om de verschillende salarissen nader
i?e regelen.
De Voorzitter zegt,dat wanneer de heer de Wit bepaalde voorstel
len heeft hij die dan maar bij Burgemeester en Wethouders moet in
dienen. Het College kan dan hierover met de verschillende bonden
voeling houden.
VERSLAG- COMMISSIE TOT WERING- VAN SCHOOLVERZUIM.
Het verslag der Commissie tot Wering van Schoolverzuim wordt voor
kennisgeving aangenomen,nadat de heer A.de Wit er op heeft aange
drongen om de politie meer toezicht te laten houden op de leerplich
tige kinderen welke landarbeid verrichten.
De Voorzitter antwoordt daarop,dat de politie hiertegen niets kan
doen alvorens een daarop betrekking hebbende Verordening ls vastge
steld. Destijds heeft een ontwerp dezer Verordening bij de Raads
stukken gelegen,maar zij kon geen genade vinden in de oogen van de
leden van den Raad.
VOORSCHOTTEN BIJZONDERE SCHOLEN OVER 1940
De Voorzitter zegt,dat de Besturen der Bijzondere Scholen over
1940 een voorschot hebben gevraagd op de gemeentelijke vergoedingen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt aan het Bestuur der Herv:Chr:
School aan den StadschendlJk een voorschot verleend van f.1015,-
en aan het Bestuur der Vereeniging "de School met den Bilbel" van
f.1087,50.
De Voorzitter zegt hierbij te moeten opmerken,dat het niet zeker
is,dat het voor 1940 voorloopig vastgesteld bedrag per leerling
der O.L.School blijft gehandhaafd,omreden hierover nog correspon
dentie gaande is.
DEFINITIEVE VASTSTELLING GEMIDDELDE KOSTEN PEïfcEERLING DER
OPENBARE LAGERE SCHOOL OVER 1937 en 1938
Verder stelt de Voorzitter voor om de gemiddelde kosten per leer
ling der O.L.School over de Jaren 1937 en 1938 thans definitief vast
te stellen op een bedrag van respectievelijk f.13,49 en f.13,28 wel
ke bedragen dan nog verhoogd worden met f,0,50 voor administratie
kosten
De heer J.A.Marls zegt zich met de door Burgemeester en Wethouders
voorgestelde wijze van berekening dezer kosten niet te kunnen ver
eenigen. Volgens spreker wordt slechts 2/5de gedeelte van het ge
bouw voor het openbaar onderwijs gebruiktterwijl voorgesteld wordt
de totale koeten voor deze berekening te doen medetellen. De kosten
worden
