1032. de stadswerker ongeveer ƒ.20,-per week verdient en waar deze gemeente voor den gemeente werkman ƒ.800,- per jaar betaalt plus vrij wonen en dit dus netto per week nog al aanmerkelijk lager is dan in de grensgemeenten,doen Burgemeester en Wet houders het voorstel hem een duurtetoeslag te geven van ƒ.150,- per jaar. De Heer J.A.Maris zegt,dat de Voorzitter wel naar de aan- grenzende gemeenten kan kijken,maar vraagt of het geven van deze verhooging onze gemeente wel past. De waarnemend Voorzitter zegt,dat Konings een flinken kerel is De Heer J.A.Maris zegt,dat dit niets terzake doet.Onverschil lig wibe het is,zoo'n persoon moet ook zijn plichten doen.Hier voor behoeft niets extra's betaald te worden. De Heer C.Maris zegt,dat een landarbeider nog vrij aardappe len heeft en de stadswerker heeft niet eens een tuin achter zijn huis. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten den gemeente-werk man een duurtestoeslag te geven van ƒ.150,- per jaar. De Heer J.A.Maris zegt de post "Onvoorziene uitgaven" veel te laag te vinden. De waarnemend Voorzitter zegt,dat het geraamde bedrag eigen lijk nog te hoog is,maar om o.a.de verhoogde assurantiepremie in de toekomst te kunnen betalen is het bedrag,na aftrek van dergelijke kosten,ongeveer een percentage van het totaal be drag der uitgaven,dat meestal wordt toegestaan. Spreker zegt,dat de Gemeente-secretaris heeft gevraagd om een volontair te mogen aanstellen,maar het College van Bur gemeester en Wethouders is van meening,dat voor het verrich ten van de meerdere werkzaamheden de secretaris meer heeft aan een kracht,die met de administratie op de hoogte is,zoo dat den Raad gevraagd wordt om voor het aanstellen van een tweeden ambtenaar ter secretarie een bedrag van ƒ.600,- a ƒ.800,- beschikbaar te stellen tot betaling van een dergelij- ken kracht. Het College van Burgemeester en Wethouders stelt voor de jaarwedden van een tweeden ambtenaar ter secretarie te bepalen op ƒ.600,- met jaarlijksche verhoogingen van ƒ.50,-. De Heer J.A.Maris zegt,dat waar de Secretaris blijk heeft gegeven met een volontair genoegen te nemen,het ook in het belang der gemeente te noemen,dat daarvoor toestemming te geven,omreden dit de gemeente niets kost. De Heer C.Maris zegt zich niet te kunnen voorstellen dat voor een gemeente met 2000 inwoners iaet zooveel ambtenaren moet worden gewerkt. De Heer J.A.Maris meent,dat hij,evenals de heer C.Maris, niet de noodige kennis van de gemeente administratie heeft 20 Nov 1940. I 1033. om dit te kunnen beoordeelen. Spreker is er echter van over- |tuigd,dat momenteel de werkzaamheden ter secretarie niet ver- j geleken kunnen worden met die van eenigen tijd terug. Alleen zegt spreker het gek te vinden,dat als de Secretaris om een volontair vraagtBurgemeester en Wethouders een ambtenaar i willen geven. De waarnemend Voorzitter zegt,dat dit een zaak is,welke I Burgemeester en Wethouders aangaat. De Heer A.P.van den Hil zegt,dat dit punt toch niet op de agenda staat en dus toch zeker wel kan worden aangehouden tot een volgende vergadering. De waarnemend Yoorzitter zegt,dat dit punt bij de ^egrooting i behoort te worden behandeld. De Heer C.Maris.Czn.zegt bezwaar te hebben tegen uitbrei- ding van personeel. De Heer K.Yerhagen zegt,dat waar kort geleden een ambtenaar is overgeplaatst naai het Distributiekantooromreden daar een flinken kracht noodig was en de werkzaamheden,voor zoover spreker bekend,ter secretarie eerder nog vermeerderd dan ver minderd zullen zijn,hij er hard voor is,dat deze opengevallen plaats weer zoo spoedig mogelijk wordt aangevuld. Na eenige discussies wordt besloten de jürwedde van een tweeden ambtenaar ter secretarie vast te stellen op ƒ.600,- plus 4 jaarlijksche verhoogingen van ƒ.50,-. De Heer C.Maris zegt hier tegen te zijn. De Begrooting wordt hierna,zonder hoofdelijke stemming vast- gesteld op een bedrag van: GEWONE DIENST: Inkomsten en uitgaven ƒ.127239,43. KAPITAAL DIENSTInkomsten en uitgaven 2309,55. De Begrooting van het Yleeschkeuringsbedrijf voor het dienst jaar 1941 wordt eveneens zonder hoofdelijke stemming vastgesteld op een bedrag aan Baten en Lasten van ƒ.3100,-. De Begrooting van het Burgerlijk Armbestuur wordt,zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd op een bedrag aan Inkomsten j en Uitgaven van ƒ.5252,80. RONDVRAAG: De Heer K.Verhagen vraagt of Burgemeester en Wethouders al stappen hebben gedaan om een werkobject te vinden voor de werkloozen. Spreker zegt,dat ook den Heer Klein nog een zeker J bedrag mag verwerken. AT0 02^ De waarnemend Voorzitter zegt,dat voor 1 December werkver- j schaffing of steun mag worden gegeven. Den Ins-peeteur is reeds toestemming gevraagd o/fm vroeger j te mogen beginnen,maar daarop is nog geen antwoord ontvangen. De Heer A.de Wit vraagt op welke wijze de werkloozen boven 60 jaar en zij die afgekeurd zijn voor plaatsing in Duitschland worden geholpen.

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1940 | | pagina 23