1022. doen.Het ia geen goede verhouding meer. Spreker zegt het voorstel dan ook te doen om dit salaris op ƒ.1500,- te brengen. De Waarnemend Voorzitter zegt dat de Gemeente-geneesheer ƒ.500,- salaris ontvangt en spreker vindt dit wel een behoor lijke belooning voor deze kleine gemeente. De Heer K.Verhagen zegt dit voorstel maar in overweging te willen geven en misschien willen Burgemeester en Wethouders deze zaak wel eens nader bekijken. Spreker vraagt of ook de kosten van de paarden afkomstig van de Hollandsche Weermacht nog niet worden betaald. De Waarnemend Voorzitter vraagt welke kosten worden bedoeld. De Heer K.Verhagen zegt van beweiden;arbeidsloonjvan uit de sloot halen van paarden enz. De Heer C.Maris zegt dat de Gemeente toch zeker wel eenige gelden van deze paarden onder zijn berusting heeft,want voor elk paard moest ƒ.25,- worden gestort en bovendien zijn er ook nog twee verkocht. De Waarnemend Voorzitter zegt,dat heel deze zaak buiten de gemeente om door den Heer H.van der Veen is geregeldzoodat betaling van gemaakte kosten niet tot &ijn taak behoort. De Heer K.Verhagen zegt,dat dus eenige menschen de dupe hiervan zullen worden. De Waarnemend Voorzitter zegt,dat de kosten betaald moeten worden door den persoon,die opdracht tot het leveren van ar- beid enz.heeft gegeven. De Heer J.A.Maris zegt,dat volgens hem,de Voorzitter de toestand toch niet juist bekijkt. De Waarnemend Voorzitter zegt,dat deze kwestie een privé aangelegenheid is van den Heer H.van der Veen. De Heer J.A.Maris vraagt of deze kwestie dan niet tot de competentie behoort van de/n loco Burgemeester. De Waarnemend Voorzitter zegt,dat het hier een eigenaardige zaak betreft en zich daarover liever niet verder in het open baar wil uitspreken. De Heer G.Maris vraagt of de eigenaars van de perceelen weiland ook betaald hebben gekregen voor het beweiden. De Waarnemend Voorzitter zegt,dat de Gemeente niets betaald heeft De Heer C.Maris vraagt,hoe dan die eigenaren schadeloosge steld moeten worden. De Waarnemend Voorzitter zegt,dat dit een privé zaak van den Heer H.van der Veen is,die misschien de menschen zal uit betalen. Enkele nota's schijnen ook reeds door hem te zijn betaald. De Heer A.de Wit vraagt,hoe het staat met de onbewoonbaar- verklaring van de woningen. 1023. De Waarnemend Voorzitter zegt,dat d<2- desbetreffende borden klaar liggen en na afloop van den beroepstermijn aangebracht zullen worden. De Heer A,de Wit vraagt hoe het staat met het sturen van aanschrijvingen tot verbetering van woningen. De Y/aarnemend Voorzitter zegt,dat deze aanschrijvingen nog niet zijn uitgezonden,omreden er toch geen gevolg aan kan wor den gegeven. De Heer A.de Wit zegt,dat met het oog op de tijdsomstandig heden den gestelden termijn altijd nog verlengd kan worden. De Waarnemend Voorzitter zegt,dat men er niets mede bereikt en deze zaak beter aangepakt kan worden wanneer de tijdsomstan digheden meer normaal zijn. De Heer C.Maris zegt,dat Burgemeester en Wethouders er wel om mogen denken,dat de gemeente aanstaande winter met veel meer werkloozen zal zitten dan andere jaren,omreden ten ge volge van de inundatie er veel minder werk is en er ook veel minder gewassen zijn gegroeid. De Heer J.A.Maris zegt,dat misschien de werkzaamheden aan de vestingwerken wel weer voortgang kunnen hebben. Be Waarnemend Voorzitter zegt,dat dit aangevraagd zou kunnen worden. De Heer J.A.Maris vraagt of het goed is,dat hij de Stichting met het een en ander op de hoogte stelt. De Heer H.H.Harmsen zegt,dat dit een mooi werkobject is. De Waarnemend Voorzitter vraagt of het goed is,dat den Heer J.A.Maris de Stichting met het een an ander op de hoogte stelt Zonder Hoofdelijke stemming wordt dit goedgekeurd. Hierna sluiting. De Secretaris, De Waarneoend Voorzitter

Raadsnotulen

Willemstad: 1927-1995 | 1940 | | pagina 18