1016.
totaal bedrag kijken en dan zegt spreker dit niet zoo laag te
kunnen noemen.
De Heer K.Verhagen vraagt of er dan geen schrijven is ingeko
men van van Breda zijn organisatie of van hemzelf en spreker
zou alleen maar willen hooren,wat van Breda op de secretarie
presteert.
De Heer H.H.Harmsen zegt,dat het bodeschap en Havenmeester
schap tegenwoordig niets meer is en toch is het bedrag dat
destijds er voor uitgetrokken was gehandhaafd.
De Heer K.Verhagen zegt,dat hij toch gebonden is en daarom
vraagt of dit salaris ook niet wat verhoogd kan worden.
De Heer C.Dane vraagt of de Heeren zich kunnen vereenigen
met het voorstel van Burgemeester en Wethouders of het goed
is,dat het salaris van P.D.van Breda nog eens in de vergade
ring van Burgemeester en Wethouders wordt bekeken.
De Heer H.H.Harmsen zegt anders toch graag den geest van de
vergadering te willen hooren over het salaris van van Breda.
De Heer J.A.Maris zegt het met de Heeren eens te zijn,dat de
salarissen van alle ambtenaren naar verhouding van hun capa
citeiten moeten worden geregeld. Spreker vraagt of het langer
werken en ook het aanwezig zijn van des Zaterdagsmiddags en
des Zondags van i/an Breda verplicht is aangegeven en wanneer
dit zoo is,hiermede ook met het salaris wel rekening mede
dient te worden gehouden.
De waarnemend Voorzitter zegt,dat van Breda een goed ambte
naar is en geen instructie noodig heeft,want als hij er moet
zijn, dan is hij ook aanwezig.
De Heer A.P.van den Hil vraagt of de ambtenaren nog een
gratificatie hebben gehad voor de extra werkzaamheden met de
mobilisatie.
De Heer C.Dane zegt,dat het hiervoor geven van een gratifi
catie verboden is.
Besloten wordt de positie van F.D.van Breda nog nader in
het College van Burgemeester en Wethouders te bespreken.
De Heer A.P.van den Hil vraagt of de gelegenheid bestaat
dat de werkloaazen uit deze gemeente in een centrale werkver
schaffing worden geplaatst.
De waarnemend Voorzitter zegt,dat de Werkverschaffing een
Juli 1940 voor deze gemeente moest worden gesloten. De In
specteur heeft dit op ons verzoek nog tot een Augustus 1940
verlengd,maar thans staat alles definitief stop.
De Heer A.P.van den Hil vraagt of evenals vorige jaren er
geen stookvergunningen voor 1 jaar kunnen worden verleend.
Niet alleen dat telkens ƒ.0,50 leges moet worden betaald,
maar bovendien is het erg onpractisch dat voor elke keer,dat
vuil opgestookt moet worden,men naar het gemeentehuis moet om
een vergunning.
1017.
De waarnemend Voorzitter zegt,dat de heeren niet uit het
oog moeten verliezen in welke omstandigheden wij verkeeren en
wij hebben de voorschriften op te volgen,welke ons worden ge-
j geven, of deze practisch of niet practisch zijn, hebben wij niet
te beoordeelen.
De Heer A.P.van den Hil vraagt,hoe het staat met de uitbe
taling der Inkwartieringsgelden. Verschillende ingezetenen
moeten nog inkwartieringsgeld hebben. Spreker vraagt of de
gemeente daarvoor geen maatregelen kan treffen,dat de uitbe
taling wordt bespoedigd.
De waarnemend Voorzitter zegt,dat ook deze zaak onze aan-
dacht heeft,maar op het afwikkelingsbureau in den Haag kun-
1 nen ze ook niet alles tegelijk. De gemeente heeft alles gedaan
wat ze kan doen en nu moeten wij maar afwachten.
De Heer K.Verhagen vraagt of de aanvraagformulieren voor
ontslag van arbeidersten gemeentehuize zijn te verkrijgen,waar-
op de waarnemend Voorzitter een bevestigend antwoord geeft.
De Heer K.Verhagen vraagt,waar er weinig werk voor de land
arbeiders is,Burgemeester en Wethouders al werkobjecten heb-
ben om de werkloozen eventueel te werk te stellen.
De waarnemend Voorzitter zegt,dat Burgemeester en Wethouders
reeds gevraagd hebben bij den Inspecteur der werkverruiming om
mede te deelen,hoe het staat met het rioleeringsplan en ver
der is het Waterschapde Ruigenhil ook met een ontwaterings
plan bezig.
De HeerAde Wit vraagt of de distributie van goedkoope levens
I middelen nog plaats heeft,welke vraag eveneens bevestigend
I wordt beantwoord.
De HeerAde Wit vraagt,of de nieuwe leden van het Burgerlijk
Armbestuur hun benoeming hebben aangenomen.
De waarhemend Voorzitter zegt,dat de Heeren Koekkoek en
Boertjes hun benoeming hebben aangenomen,maar dat de Heer
Hoogewerff heeft bedankt. In deze vergadering zon reeds een
[nieuw lid z«n benoemd,indien de Voorzitter niet met vacantie
was,maar waar het Burgerlijk Armbestuur^volgens het reglement
moet worden gehoord,zal deze voorziening in de eerstvolgende
vergadering plaats hebben.
Be Heer C.Maris vraagt hoeveel soAoitanten er zijn voor
gemeente-architect
De waarnemend Voorzitter zegt 14 soAcitanten te hebben
Hierna sluiting.
De Secretaris,
De waarnemend Voorzitter,